Hilversum

Selecteer Pagina

“Wat heeft mijn afkomst nou te maken met of ik een jas aandoe of niet?”

“Wat heeft mijn afkomst nou te maken met of ik een jas aandoe of niet?”

Foto: Suze de Jager

Hilversum – De internationale dag tegen racisme en discriminatie, uitgeroepen in 1960 door de Verenigde Naties, bestaat nog steeds. Waarom is een dag als deze nu nog zo belangrijk? Salah Mardini wonend en werkzaam in Hilversum, vertelt over zijn eigen ervaringen en waarom hij denkt dat het nu nog zo belangrijk is. 

“Ik ben geboren in Syrië, in 2014 ben ik op 12-jarige leeftijd hierheen gekomen samen met mijn familie. Het is in Nederland heel anders dan in Syrië, dit merk ik vooral nu tijdens de ramadanperiode. Als ik nu op werk ben zit iedereen gewoon samen te eten en te drinken, in Syrië is iedereen nu samen aan het vasten. In Nederland is de ramadan sfeer er niet. Nu voel ik mij wel meer thuis dan eerst, vooral in de pubertijd had ik hier moeite mee. Toen ik hier net woonde sprak ik de taal niet zo goed. Dat vond ik wel moeilijk, op school werd ik hier in mijn beginjaren vaak om uitgelachen, terwijl ik wel heel erg mijn best deed. Als ik een presentatie moest geven dacht ik van tevoren al: o nee iedereen gaat mij uitlachen. Dit heeft mij wel pijn gedaan.

Met het zoeken van een stageplek had ik ook moeite. Bij het opsturen van mijn cv voeg ik nooit een foto toe, zonder foto heb ik meer kans om uitgenodigd te worden. Ik word sowieso minder snel uitgenodigd door mijn naam. Ik heb meegemaakt dat een vriend met een Nederlandse naam en ik allebei een email stuurde naar een bedrijf. Hij kreeg binnen 1 à 2 dagen al een bericht terug dat hij daar stage kon lopen. Terwijl ik pas na een paar weken hoorde dat ik het niet was geworden. Een andere gebeurtenis weet ik mij ook nog goed te herinneren, ik liep toen stage bij een bedrijf. Het was mei of april en we gingen buiten even een sigaretje roken. Ik trok mijn jas aan omdat ik het koud vond. Eén van mijn collega’s van die tijd was verbaasd over dat ik een jas aandeed. Haar reactie was: O ja jullie buitenlanders hebben het natuurlijk altijd koud, daarom doe je een jas aan. Daar schrok ik wel van, wat heeft mijn afkomst nou te maken met of ik een jas aandoe of niet?

Tijdens mijn opleiding heb ik ook wel eens nare ervaringen gehad. Ik studeer ICT-cybersecurity op het HBO in Amsterdam. Ik heb nog steeds moeite met Nederlands. Het spreken en verstaan gaat heel goed, maar schrijven vind ik lastig. In het eerste jaar van mijn studie heb ik weleens feedback teruggekregen dat mijn taal onvoldoende was. Dit snap ik wel, maar daarachteraan kwam nog dat mijn docent zei dat het zo te zien ook niet mijn ambitie was om het te leren. Op zo een moment voel ik mij wel gediscrimineerd, hoe weet hij dat nou?

Wat ik ook graag zou willen is dat mensen mij niet zien als crimineel of terrorist. Soms zit ik gewoon ergens en dan zeggen mensen opeens tegen mij Allahoe Akbar. Ik bedoel ik ga de school niet opblazen of je opeens aanvallen. IS is een groep die een slecht beeld geeft over mijn geloof. Niet alles wat je in de media ziet is waar, verdiep jezelf in mijn geloof of in mijn land. Dit gebeurt te weinig. De mensen waar ik naast kwam wonen in Nederland bijvoorbeeld vroegen ook aan ons: heb je in Syrië auto’s? Dat is best een rare vraag, in Syrië hebben we gewoon alles. Damascus, de hoofdstad van Syrië is zelfs de oudste stad ter wereld.

Een dag als de internationale dag tegen racisme en discriminatie vind ik heel belangrijk. Vooral om dingen van elkaar te leren. Dingen over elkaars culturen en geloven. Zo zul je elkaar ook beter gaan begrijpen denk ik.”

Over de auteur

Suze de Jager

Laat ik mij even voorstellen, mijn naam is Suze de Jager (19) en ik ben eerstejaars student aan de School Voor Journalistiek. Ik houd erg van hockey, muziek en leuke dingen ondernemen. Zelf ben ik erg gemotiveerd, enthousiast en druk bezig met het verbreden van mijn journalistieke kennis. Eerst wil ik zoveel mogelijk ervaring opdoen als allround-journalist waarna ik mij zal gaan specialiseren in een specifiek werkgebied.