Tessa (18) is trots op wie zij is:
‘Ik vier dat ik lesbisch
ben en schaam mij er niet meer voor’
Toen Tessa bij haar toneelgroep voor het eerst een lesbisch koppel zag, drong het tot haar door waarom ze nog niet eerder verliefd was geworden. Ze viel helemaal niet op jongens, maar op meisjes. Dat moment is een belangrijk keerpunt in haar leven geweest, waardoor haar depressie minder grip op haar kreeg en de zoektocht naar haar seksualiteit begon.
Let op: dit interview bevat details die als schokkend kunnen worden ervaren.
Een half uur verlaat kom ik aan in hartje Delft. En dat terwijl ik ruim van tevoren weg ben gefietst. Het hoge flatgebouw in het winkelcentrum viel nauwelijks op, waardoor ik maar in rondjes bleef cirkelen en Google Maps mij telkens de verkeerde kant op stuurde. Tessa reageert heel begripvol. Ik ben volgens haar niet de eerste die moeite heeft met het vinden van het adres. Met mijn fiets in de hand stuur ik Tessa een berichtje dat ik te herkennen ben aan een gele regenjas. Dat maakt twee van ons, appt ze terug. Tot mijn opluchting zie ik haar dan eindelijk. Kort bruin haar, een camera om haar nek en – inderdaad – een grote gele regenjas. Het is die vrijdagmiddag door de koude wind vrij guur. De plek waar we zitten, grenst aan een school en brengt ons bij het eerste gespreksonderwerp.
Je hebt net dit jaar je vwo-diploma in de pocket. Wat zijn jouw dromen voor de toekomst?
‘Mijn moeder zegt altijd dat ze nog steeds aan het wachten is op mijn bestseller. Het lijkt mij wel leuk om hier actief verder mee te gaan, omdat ik nu vooral veel short stories en gedichten schrijf. Daarom studeer ik ook Engelse Taal & Cultuur aan de Universiteit Leiden.’
Weet je al een beetje waar die bestseller van je over zal gaan?
‘(lachend) Hot gossip! Op dit moment ben ik heel erg gefocust op de mentale status van mijn personages. In dat opzicht schrijf ik vaak lesbische verhalen, omdat dat natuurlijk een andere omgeving is dan voor heteroseksuelen. Verder ben ik nu bezig met een scène dat ik brieven aan het schrijven ben. De persoon die de eerste brief in handen heeft, weet alleen niet van wie de andere brief is. Die geheime brievenuitwisseling wordt in een schrift gedaan, dat elke keer in hetzelfde café blijft liggen. Het is dus een publiekelijk iets en tegelijkertijd heel intiem. Je ziet in het verloop van het verhaal dat die brieven steeds meer zoekend worden naar wie de ander is. Als mensheid ben je eigenlijk ook continu op zoek naar je partner en een beeld aan het vormen wie die persoon is. Het is een verhaal waar ik later op terug wil komen en dan weer verder zal uitwerken. Wie weet, 2030. Dat hopen we hè!’
Naast dat je lesbische verhalen schrijft, maak jij als lesbienne ook onderdeel uit van de lhbti+gemeenschap. Hoe ben je erachter gekomen dat jij op vrouwen valt?
‘Ik ben opgegroeid in een rooms-katholiek gedeelte van Brabant. Ik heb daar op een rooms-katholieke basisschool en middelbare school gezeten. Het kwam eigenlijk nooit echt aan bod in de stof. Dat stuk van mijn leven was op dat gebied dus heel erg onwetend. Bij mijn eerste toneelvoorstelling, Dromen, of wat we nog niet wisten, werd ik geredigeerd door mijn toen nog lesbische regisseuse, Romy. Zij nam haar vriendin mee naar één van de lessen. Het feit dat dat zo openlijk voor je neus gebeurt, dat was voor mij echt een eye-opener. Op dat moment klikte er gelijk iets in mijn hoofd, omdat ik niet eerder kon plaatsen waarom ik nog nooit verliefd was geworden. Vanaf dat punt begon ik als vijftienjarige aan mijn zoektocht. Je zag duidelijk aan mijn kledingstijl en houding in foto’s en hoe ik mij gedroeg naar anderen toe, dat ik heel erg zoekende was naar mezelf.’
Wat heeft Romy voor jou in die tijd betekend?
‘Door Romy realiseerde ik dat er niet maar één smaak is, er zijn er veel meer. Hij is nu een regisseur en afgelopen jaar uitgekomen als transgender. We hebben vooral heel veel betekend voor elkaars zoektocht. Ik heb hem toen ook heel erg bedankt, omdat hij een hele grote rol heeft gespeeld om mezelf te leren accepteren.’
In hoeverre waren jouw ouders op de hoogte over jouw twijfels rondom jouw seksualiteit?
‘Ik heb het er veel met mijn ouders over gehad en stelde hen vaak de wat-nou-als-vraag. Voor de rest was ik nooit echt aan het hinten dat dat ook bij mij speelde. Ze vertelden dat het hen niet uitmaakt op wie ik zou vallen. ‘’Het maakt ons niet uit of je thuiskomt met een jongen of een meisje of een Apache helikopter of whatever you want. Als jij je daar gelukkig bij voelt dan moet jij dat gewoon doen.’’ Hun reactie heeft mij heel erg geholpen bij mijn depressie.’
‘Mijn motto van het maakt niet uit of ik morgen dood neerval, is heel sterk veranderd naar ik leef nu mijn leven zoals ik dat wil’
Voor de Transketeers (YouTube collectief van trans-vloggers) heb jij over jouw depressieve en suïcidale periode verteld. Waarom ging het ineens bergafwaarts met jou?
‘Ik denk dat het een combinatie is geweest van meerdere factoren. Zo heb ik twee oudere broers, waarvan de één zware ADHD heeft en de ander autisme. Die extra begeleiding kostte veel energie van mijn ouders, waardoor ik al vrij snel leerde om van mezelf afhankelijk te zijn. Ik heb daardoor een gevoel gecreëerd dat ik alles zelf moest doen, omdat ik niet zo makkelijk naar mijn ouders toe kon gaan. Het heeft daarom voor mij heel lang geduurd voordat ik überhaupt om hulp vroeg. Mijn depressie had ook grotendeels te maken met het feit dat ik niet goed wist hoe ik mij in een groep moest gedragen. Ik kopieer snel gedrag van anderen, omdat ik dan weet welk gedrag ik kan vertonen om iemand zo min mogelijk op de kast te jagen en te vriend te houden. Ik was dus nooit echt mezelf. Dan ben je eigenlijk niet je eigen leven aan het leiden, maar dat van iemand anders. Je slaat dan ook niet meer op welke dag, welke maand of welk jaar het is. Je staat op autopiloot. Ik ging daardoor heel streng diëten, omdat ik dacht als ik nou slank ben, dan zal ik misschien meer in de groep worden opgenomen. Ik omschrijf mijn depressie altijd als een gevoel van minderwaardigheid. Mijn vrienden hadden wel in de gaten dat er iets meer met mij aan de hand was, want ik was heel kortaf en lachte alleen op de momenten dat zij ook lachten. Ik was nooit echt mentaal aanwezig. Het liefste wilde ik niet bestaan en gewoon verdwijnen. Ik heb al die gedachtes een hele lange tijd voor mezelf gehouden en het begon zich allemaal steeds meer op te kroppen.’
Op gegeven moment is er dan een uitbarsting..
‘Klopt. Op een avond raakte ik in een grote ruzie met mijn ouders en zei huilend in mijn bed dat het misschien maar beter zou zijn als ik er een eind aan zou maken. Mijn ouders schrokken zich te pletter, omdat het voor hen echt uit de lucht kwam vallen. Ik had hen niets verteld over wat er in mijn hoofd omging, omdat ik het niet onder woorden wist te brengen. Ze waren heel boos. ‘’Wat denk je nou wel niet dat je dit soort dingen zegt, want jij bent echt evenveel waard als een ander.’’ Hun reactie betekende heel veel voor mij, omdat zij wel dat stukje waardigheid zagen, wat ik toen niet zag. Mijn motto van het maakt niet uit of ik morgen dood neerval, is heel sterk veranderd naar ik leef nu mijn leven zoals ik dat wil.’
Hoe is die band nu met jouw ouders?
‘De band is veel beter tussen ons. We checken meestal bij elkaar hoe het gaat. Het is heel fijn dat die band nu zoveel beter en hechter is.
Ik zie dat het veel met je doet..
Terwijl Tessa wat tranen wegveegt, worden we onderbroken door een vrouw. Ze komt net van de chocolatier vandaan en wil ons een chocolaatje aanbieden. De vrouw, die noch Tessa noch ik kennen, scheurt de zegel van het doosje bonbons af en houdt het met uitgestoken hand verleidelijk boven mijn neus. Ik neem de grootste, met een pralinévulling en Tessa kiest een kersenbonbon. ‘’Ik zeg altijd dat calorieën tot daaraantoe zijn, als het maar lekker smaakt.’’ En weg fietst de vrouw. Tessa, die oorspronkelijk uit een klein dorpje in Brabant komt, zegt dat ze deze spontane ontmoetingen het leukste van de stad vindt. ‘’Het valt niet op dat ik ook een tikkeltje anders ben, want er zijn hier genoeg leuke en random mensen.’’ Na onze smaakbeleving, vervolgen we ons gesprek weer.
‘Ik kreeg zelfs meerdere appjes van klasgenoten dat ze het heel stoer van mij vonden dat ik ervoor uitkwam’
Wat of wie heeft jou toen geholpen om jou uit dat diepe dal te trekken?
‘Er zijn twee dingen die heel veel impact hebben gehad. Dat was het uitkomen naar mijn ouders en de acceptatie die ik van hen ervaarde. Ze waren heel supportive, net als mijn mentor en vriendengroep. Het feit dat ik daar niet voor werd beoordeeld of verstoten, gaf mij heel erg de ruimte om mezelf te kunnen zijn. Het was voor mij namelijk een hele grote angst om niet meer in de groep te worden geaccepteerd. Ik kreeg zelfs meerdere appjes van klasgenoten dat ze het heel stoer van mij vonden dat ik ervoor uitkwam. Door mijn coming-out begon ik mij weer een stuk beter in mijn vel te voelen. Ik verontschuldig mij nu ook niet meer dat ik gewoon mezelf ben.’
Hoe voelde je je nadat je uit de kast was gekomen?
‘Ik ervaarde het als een hele grote opluchting, omdat ik dit geheim niet meer alleen met mij mee hoefde te dragen. Het is het vieren om wij jij bent. Ik voel mij heel prettig met het label van lesbienne. Daar schaam ik mij niet langer voor en dat deed ik vroeger wel. Dit ben ik, dus deal with it! Mijn coming-out was heel fijn en alles waar ik op gehoopt had. Het is voor mij een hele belangrijke en waardevolle zoektocht geweest. Bij mijn diploma-uitreiking kwamen mijn docenten ook naar mij toe en zeiden dat ze dit jaar zo van mij hebben genoten. Zij merkten wel dat ik mij steeds prettiger begon te voelen met wie ik ben. Ze waren het helemaal niet gewend dat ik zo aanwezig was in de klas, vergeleken met al die voorgaande jaren. Daarvoor was ik een stuk meer ingetogen.’
Hoe is het volgens jou gesteld met de lhbti+acceptatie in Nederland?
‘Over het algemeen voel ik mij hier heel erg geaccepteerd. De lhbti+gemeenschap is misschien niet zo groot, maar wij hebben wel een totaal andere blik en die wordt vaak vergeten. Ik vind het heel belangrijk dat je zowel de blik van de meerderheid als van de minderheid hebt. Er is een reden waarom wij zijn afgezakt van één naar zes in Europa. Er zijn hier ook scholen waar het nog steeds wordt afgekeurd. Zo werd het vanuit het onderwijs bij mij op school niet eens belicht. Dan sluit je ons ook eigenlijk uit.’
Hoe gaat het nu met jou?
‘Ik heb vorige week nog tegen mijn ouders gezegd dat het momenteel iets minder gaat. Ik heb het zelf heel erg met pieken en dalen. Het wisselt heel sterk. Die suïcidale gedachtes zijn gelukkig nooit meer teruggekomen, ik hoop ook dat ze ver weg blijven. Ik heb nu een goede dag en hoop ook dat zich dat doorzet naar mijn weekend. Ik ben nu veel eerlijker tegen mijn ouders hoe ik mij voel. Voorheen was ik dat niet. Als je het gevoel hebt dat je niet alles met ze kunt delen, dan sluit dat ook een heel stuk af van de band die je met jouw ouders hebt.’
‘Verhalen zijn belangrijk om verteld te worden. Ook mijn verhaal’
In hoeverre ervaar jij dat er een taboe zit rondom mentale problemen in Nederland?
‘Het is een beetje zoals met alle taboes in Nederland. Er wordt simpelweg niet over gepraat. Het is vaak als ik het niet zie, dan is het er niet. Op mijn school werd niet gesproken over depressies of andere mentale ziektes. Er wordt alleen over faalangst gepraat, maar er is nog een heel spectrum. Mentale problemen kunnen veel beter al op middelbare scholen worden besproken. Je kan zoveel voorkomen als je het met elkaar in een vroeg stadium bespreekt. Dat is ook de reden waarom ik voorlichting geef op scholen. Dat ik iets heb meegemaakt en fouten heb gemaakt, betekent nog niet dat iemand anders dat hoeft te doen. Ik wil heel graag de kennis overbrengen die ik met mijn zoektocht heb opgedaan. Verhalen zijn belangrijk om verteld te worden. Ook mijn verhaal. Ik weet dat er niet zoveel verhalen zijn zoals die van mij. Als het goed is, is er maar één.’
Wat zou jij jongeren die het momenteel wat moeilijker hebben, willen meegeven?
‘Een emmer kan maar zo vol, dus vind een uitlaatklep. Als die emmer overstroomt, is er niet altijd iemand om het op te vangen. Het is zo waardevol voor jezelf als je die emmer iets leger kan maken. Daarnaast moet je niet bang zijn om het met anderen te bespreken, want dat had ik wel. Wees niet bang om te falen.’
Als jij nu in de spiegel kijkt, wie zie je dan? Hoe zou je haar willen omschrijven?
‘Het is echt zo grappig dat je die vraag stelt, want ik heb expres mijn spiegel uit Brabant niet meegenomen naar Delft. Er is wel een spiegel in de badkamer. Daar heb ik ook net een gedicht over geschreven. Wie zie ik dan? Iemand die al veel heeft meegemaakt en nog veel meer heeft bereikt. Mijn zoektocht is nog niet af.’
Worstel jij met suïcidale gedachten of maak je je zorgen om iemand anders? Praat erover. Bel 113 of ga naar www.113.nl. Stichting Zelfmoordpreventie is 24 uur per dag en zeven dagen per week bereikbaar via 0800–0113.
Luister hier voor meer informatie over suïcides
Na het lezen van dit interview, heb je misschien de behoefte gekregen voor meer verdieping over dit onderwerp. Luister dan naar de eerste aflevering van de mini-podcast ‘Zelfhulp’, waarbij COC, Movisie en 113 Zelfmoordpreventie antwoord proberen te geven op vragen als: waarom ontwikkelt deze doelgroep meer suïcidale gedachtes, hoe voorkom je een suïcide en hoe kan je tijdig ingrijpen? Daar meer over in deze aflevering.
LHBTI+ betekenis
Waar staan eigenlijk al die letters voor en wat betekenen al die verschillende seksualiteiten en genderidentiteiten? Deze infographic neemt hopelijk wat onduidelijkheden weg.