SOESTERBERG – De oude vliegbasis viert feest. Zondag één oktober kwamen jong en oud bij elkaar om met allerlei activiteiten stil te staan bij het huidige recreatiegebied. Het park is namelijk al tien jaar open voor publiek. Om dit te vieren waren de thema’s sport, natuur en cultuur het belangrijkste.
De dag begon met de start van de grote hardloopwedstrijd. Ruim honderd mensen deden mee aan een tocht van ruim tien kilometer. Voor de kinderen was er ook een kortere route beschikbaar. Deze was tweeënhalf kilometer.
Bunker zeshonderd opende zijn deuren voor het publiek. Mensen konden in het oude erfgoed kijken naar een tentoonstelling over de koude oorlog. Daar was onder andere te zien wat de Amerikaanse invloed in die tijd was. Deze expositie is normaal niet vrij toegankelijk maar was speciaal voor deze gelegenheid geopend.
Voor de kinderen was er nog meer te doen. Zo konden zij onder begeleiding meedoen met een bootcamp, werden er spelletjes gedaan en konden kinderen zien wat voor diertjes er in het omliggende water leven.
In het midden van het gebied bevindt zich ‘shelter 610’. Daar konden mensen meer lezen over de historie van het park, de toekomstplannen en een praatje maken met het bestuur. Dit alles onder begeleiding van een kopje koffie en een frietje.
Dat er ook wordt stilgestaan bij de toekomstplannen vindt Mark van Hart Van de Heuvelrug erg belangrijk. Zo zegt hij dat mensen meer stil moeten staan bij de natuur die ze nu hebben. ‘We nemen onze natuur voor lief. We gaan het pas missen zodra het er niet meer is.’
Het park kent een grote historie. Ruim honderd jaar geleden stegen de eerste vliegtuigen op en tot 2008 was het een belangrijke militaire vliegbasis. Waar nu het museum te vinden is, bevond zich vroeger de luchtvaartafdeling van de Koninklijke Landmacht.
En niet enkel tijdens de tweede wereldoorlog was deze vliegbasis van belang. Ook tijdens de koude oorlog bevonden hier zich veel militairen.
Hieronder kan je luisteren naar een interview dat Floris de Rooij had met Gijs van Dropstuff. Hierin praat hij over zijn bijdrage aan het tienjarig bestaan van de vliegbasis maar ook over de onderneming waar hij voor werkt.
