Van eigen onzekerheid naar motivatie voor anderen

Van eigen onzekerheid naar motivatie voor anderen

‘Vijftig kilo moet dit keer lukken’, hoort Martijn (21) zichzelf motiveren. Hij gaat zitten op het zwarte bankje, strekt zijn benen voor zich uit en plaatst zijn voeten in een hoek van vijfenveertig graden. Zijn handen grijpen naar de handvatten die hij stevig vasthoudt. Met een rechte rug en borst naar voren, trekt Martijn zijn handen richting zijn torso. De onderarmspieren en schouders worden zichtbaar, zijn aderen tonen zich aan de oppervlakte en zweetdruppels lopen over zijn voorhoofd naar beneden. Al vijf jaar werkt Martijn in de sportschool aan zijn ideale lichaam. Eerst op wekelijkse basis, inmiddels bijna dagelijks.

Na de derde training van deze week, spoelt hij het zweet onder de douche van zich af. Een warme damp hangt in de badkamer. Met zijn hand veegt Martijn over de spiegel. Grote waterdruppels vinden hun weg naar beneden. Met zijn bruine kijkers kijkt hij naar zijn eigen spiegelbeeld. Niet eerder was hij zo afgetraind als nu: ‘Ik ben altijd dun geweest, vroeger had ik bijna geen vet op mijn lijf’. Om werk te maken van deze onzekerheid besluit Martijn op zijn zestiende naar de sportschool te gaan.

Ietwat onwennig stapt hij een grote zaal met fitnessapparaten binnen, niet wetende waar ze allen voor dienen. Aan de gedachte dat iedereen hier komt om fysiek en mentaal beter te worden, houdt hij zich vast. ‘Zij zijn ook ooit vanaf nul begonnen met fitness’, hoort hij zichzelf denken. Martijn zijn grootste doel is groter én sterker worden. Voor een periode van twee jaar is hij drie keer in de week in de sportschool te vinden, maar échte vooruitgang ziet hij niet. Wanneer hij in de sportschool naar zichzelf in de spiegel kijkt, is zijn puberlichaam in de lengte geschoten. Maar tevreden over zijn lichaam is hij bij lange na nog niet.

In zijn omgeving is Martijn niet de enige die aan zijn lichaam werkt, op zijn werk spreekt hij regelmatig met mensen die in hetzelfde schuitje zitten. Met behulp van een collega creëert hij daarom een nieuwe sportroutine. Dit keer neemt de achttienjarige zijn doel nóg serieuzer: vier keer per week naar de sportschool én hij besluit zich ook aan een voedingsschema te gaan houden. De volgende ochtend voert Martijn de aanpassingen direct door. Wanneer de zon nog boven de horizon moet verschijnen, zit hij al aan tafel met een portie kwark, een banaan, havermout, zaden en noten. Tussen de middag eet hij een tussendoortje en de vier bruine boterhammen die hij eerder die ochtend heeft gesmeerd. ‘s Avonds staat er bij thuiskomst een goed gevuld bord met warm eten op hem te wachten.

Na een lange dag en zware krachttraining ploft hij op de bank neer, zijn gedachten beginnen op volle toeren te draaien: ‘Heb ik nog honger? Heb ik vandaag wel genoeg geluncht? Een tussendoortje gegeten? Voldoende eiwitten binnengekregen?’. Hij telt alle calorieën van de dag bij elkaar op: ‘Een portie kwark van vijfhonderd gram, waarvan veertig gram eiwit, een extra proteïne reep, dat is plus vijfentwintig gram eiwit en dan nog het avondeten erbij. Dan nog komt ik tekort in mijn eiwitten…’

Als je spiermassa wil opbouwen, moet je dagelijks anderhalf tot twee gram eiwit per kilo lichaamsgewicht eten. Martijn weegt 68 kilo. Op zoek naar een oplossing pakt hij zijn laptop erbij. Na een speurtocht langs verschillende websites, besluit Martijn eiwitpoeder te bestellen. Een eenvoudige manier om extra eiwitten binnen te krijgen, wat voor een spoediger herstel én groei van de spieren zorgt. Een week later arriveert het pakketje. ’s Avonds laat besluit hij – met enige tegenzin, want honger heeft hij niet meer – een shake te maken. Martijn opent de verpakking en al snel komt er een mierzoete lucht vrij. Het is niet de frambozensmaak waardoor het een vaste routine wordt, maar zijn spieren die met de week zichtbaarder worden.

De tegenzin maakt plaats voor enthousiasme en motivatie. Door het succes in de sportschool, laat Martijn zich door niets en niemand meer klein krijgen. Tenminste, dat is wat hij dacht. Tot zijn zelfbeeld door een kwetsende gebeurtenis, waar hij nog steeds liever niet over spreekt, op een negatieve manier omslaat. De drang om zichzelf nóg verder uit te dagen, fysiek groter te worden en een positiever zelfbeeld te krijgen, groeit. Opnieuw zoekt hij naar manieren om zijn grenzen te verleggen.

‘Ik heb creatine gekocht’, deelt hij met een opgewekte stem op een zaterdagochtend met zijn ouders aan de eettafel. Zijn vader en moeder kijken verrast op, maken kort oogcontact met elkaar, waarna ze hun wenkbrauwen fronsen. ‘Weet je wel wat je precies tot je neemt, vraagt zijn moeder zich nieuwgierig af. ‘En wat de gevolgen op lange termijn zijn?’, vult zijn vader aan. Het blijft even stil. ‘Ik heb er het een en ander over gelezen’, zegt Martijn met een ietwat verheven stem en zijn armen over elkaar gekruist terwijl hij zijn ouders aankijkt. ‘En een aantal vrienden en collega’s gebruiken het ook, dus ik zie wat het met je kan doen’, zegt hij er snel achteraan om het afkeurende gevoel te laten zakken. Hij staat op van zijn stoel, loopt naar de keuken en pakt de grijs met witte zak. Voordat Martijn op de vroege ochtend gaat sporten maakt hij zijn standaard eiwitshake, maar deze ochtend voor het eerst met creatine erbij. Terwijl zijn moeder haar telefoon pakt, zet ze haar leesbril op. ‘Creatine is momenteel een populair supplement onder sporters. Het houdt vocht vast en zorgt ervoor dat je sneller herstelt. In Nederland gebruikt ruim een kwart van de sporters voor of na het sporten één of meerdere sportsupplementen’, leest ze hardop voor uit een artikel. ‘Uiteindelijk houdt het dus vocht vast’, benadrukt zijn vader. Ook Martijn heeft inmiddels zijn telefoon erbij gepakt. ‘Creatine is een lichaamseigen stof’, leest hij hardop voor om zijn ouders ervan te overtuigen dat het geen kwaad kan.

Martijn zijn aandacht dwaalt af. Video’s van poserende, gespierde mensen komen aan een stuk voorbij op zijn sociale media. Zijn duim veegt van boven naar beneden over het scherm, de ene na de andere video speelt af. Onzeker wordt hij er niet van, hij haalt er juist motivatie uit. Iets dat hij nodig heeft om in de juiste mindset te komen voor het sporten. Sinds een jaar doet hij, naast het fitnessen, voor zijn conditie aan boksen. Voor extra energie zet hij op deze vroege ochtend nog een kop onder het koffiezetapparaat, waarna hij twee espresso’s aanklikt. Opgewekt vertrekt hij voor de tweede keer deze week richting de sportschool voor een boksles.

In de sporthal zwachtelt hij zijn koningsblauwe boksbandages, trekt hij zijn bokshandschoenen hierover aan en stapt op zijn blote voeten de ring in. Verschillende combinaties passeren de revue. ‘LINKS-RECHTS-LINKS-RECHTS!’, ‘LINKS-RECHTS-LINKS-LINKS-RECHTS’. Iedere les sluit hij af met een sparringspartij. De glinsterende zweetdruppels dwarrelen over zijn neus. Terwijl hij na deze fysiek zware les in de weerspiegeling naar zijn rooddoorlopen gezicht kijkt, voelt hij zich mentaal sterk. Zijn gedachten brengen hem ineens terug naar die zestienjarige jongen van toen. ‘Moet je nu eens kijken, discipline brengt je verder’, vertelt hij tegen zichzelf. Al die onzekerheid heeft uiteindelijk iets positiefs gebracht. Waar hij zelf als puber onwennig in de sportschool liep, motiveert hij nu als instructeur anderen tijdens het sporten.

Een nieuw gezicht staat tussen alle apparaten in de sportschool om zich heen te kijken. Martijn stapt op de jonge gozer af. ‘Kan ik je ergens mee helpen’, vraagt hij. ‘Ik wil graag beginnen met fitnessen’, reageert het nieuwe gezicht in de sportschool. De twee raken in gesprek en maken een rondje langs alle apparaten. ‘Hiermee kun je je schouders trainen’, legt Martijn al wijzend naar het apparaat in de hoek uit. Ze lopen samen die kant op. ‘Op deze pedalen zet je je voeten, de handvatten grijp je vast en vervolgens trek je je handen richting je borst’. Een knikje van begrip volgt.

‘Bedankt voor je hulp’, hoort Martijn iemand door de sportschool roepen. Hij kijkt naar de deur en ziet de nieuwe jongen na zijn training met een glimlach naar buiten lopen. Martijn steekt zijn duim op, ‘graag gedaan’, schreeuwt hij erachteraan.

Documentaire bronnen/research:
Aantal mensen dat sportsupplementen gebruikt.
Wanneer eiwitpoeder gebruiken en de effecten.
Hoeveelheid eiwitpoeder per kg lichaamsgewicht.

Over de auteur

Fleur Nuijten

Fleur Nuijten streeft ernaar om altijd ergens het maximale uit te halen en te kijken of er nog verbetering in zit. ‘Kwalitatief werk leveren staat daarom altijd voorop bij mij.’