Utrecht Centrum

Selecteer Pagina

Dodenherdenking blijft ook voor jongere generaties relevant

Dodenherdenking blijft ook voor jongere generaties relevant

Een jonge scout op het Domplein die deel uitmaakt van de erewacht voor de stille tocht. Foto: Ramses Kalse

UTRECHT – Ondanks het feit dat de overlevenden en nabestaanden van de Tweede Wereldoorlog steeds kleiner in getal zijn, blijft het relevant om te herdenken. Dit is de boodschap die Ingmar Heytze (54), Utrechts dichter en performer, meegaf aan de bezoekers van zijn scenische voordracht aansluitend op de Dodenherdenking op het Domplein.

Heytzes voordracht, voor ieder vrij toegankelijk en gehouden in de Domkerk, was getiteld ‘Wie komt er morgen met verhalen?’ en werd muzikaal begeleid door zijn band Asfaltfeeën. De centrale vraag van het optreden was, wat het straks voor de Dodenherdenking betekent, als er geen ooggetuigen meer in leven zijn zijn.

Hoe het herdenken relevant te houden is ook een kwestie voor het Utrechts Comité 4 mei-Herdenking. Het Comité maakt graag verbinding met jongere generaties voor wie de Tweede Wereldoorlog minder leeft. Volgens voorzitter Youri van Dorssen blijven persoonlijke verhalen van overlevenden en hun nabestaanden hierin een rol spelen. “Door toch steeds weer persoonlijke verhalen te vertellen, blijf je meer context bieden aan de gebeurtenissen”, zo zegt hij.

Een dergelijk persoonlijk verhaal is ook de spil in Heytzes lezing in de Domkerk. Heytze kende van zijn vader drie oorlogsverhalen, die voor hem klonken als een spannend jongensboek. Na het overlijden van zijn vader vernam Heytze van zijn moeder een vierde oorlogsverhaal van zijn vader. Dit verhaal gaat over de onderduikers die er bij zijn vader in huis zaten. Zo moest hij als 11-jarig kind op wacht staan in het souterrain, turend tussen de gordijnen door, en als het niet veilig was, ‘doorlopen’ sissen naar degenen die de onderduikers eten kwamen brengen.

Een andere manier waarop het Utrechts Comité 4 mei-Herdenking het verband met de jeugd probeert te leggen, is door henzelf aan het woord te laten. Vorig jaar kreeg bijvoorbeeld de destijds 16-jarige Mehrzad Joussefi, kind van Iraans-Duitse vluchtelingen, het woord tijdens de herdenking en viering van de bevrijding van Utrecht op 7 mei. Op 4 mei zal dit echter nog niet zo snel gebeuren. Van Dorssen: “Onze opdracht is het recht doen aan en het herdenken van de oorlogsslachtoffers in relatie tot Utrecht, dus of we zoiets op 4 mei in de Domkerk zouden doen, dat weet ik nog niet.”

Richting het einde van zijn voordracht zei Heytze: “Ik ken nog verhalen over de oorlog uit de eerste hand. Maar wat moet iemand van 11, 15 of 20 jaar met deze herdenking? Ik weet zélf al nooit helemaal zeker wat ik moet denken tijdens de twee minuten stilte.”

Zouden we niet stil moeten gaan staan bij de oorlogen die heden ten dage in onze wereld woeden? “Wij zijn apolitiek. We blijven er van weg. De burgemeester kan in haar persoonlijke toespraak een verbinding maken op een zo neutraal mogelijke manier naar het nu. Wij als comité zijn nog niet zover dat te doen. Het kan namelijk ook polariseren”, antwoordt Van Dorssen op deze kwestie.

Een ander deel van Heytzes voordracht ging over intergenerationeel trauma. Van Dorssen beaamt dat overlevenden hun kinderen en verdere nageslacht onbedoeld en onbewust kunnen opzadelen met de lasten van de oorlog. Van Dorssen: “Het leeft nog best sterk. Ik ken iemand die een vader, moeder en opa in het verzet heeft gehad. Diens vader functioneerde na de oorlog niet meer en heeft hen naar diens zeggen niet echt opgevoed. Toch beweerde die hier geen last van te ervaren. Desondanks wees een psycholoog van Stichting 1940-1945 hen erop dat die een aantal indicatoren voor trauma aantikt.”

Van Dorssen heeft meerdere voorbeelden. Over gezinnen die het economisch slechter hadden, wat dan ook weer een uitwerking op hun kinderen heeft. Een vader die geen vader kon zijn en maandenlang met een depressie op zolder zat. “Het ebt langzaam weg, maar er gaan generaties overheen. En zeker Joodse mensen zeggen vaak ‘ik ga niet naar de Dodenherdenking, ik herdenk elke dag al’. Dan heb je als kind van overlevenden toch een behoorlijk trauma.”

In de conclusie van zijn voordracht stelde Heytze dat wat van vitaal belang is, uiteindelijk de mogelijkheid is twee minuten stil te kunnen zijn om te denken wat men wil. “Op elk plein maken we voor die paar ogenblikken een kamer zo groot als een land voor elkaar, waar iedereen samen diens eigen gedachten en herinneringen mag ervaren.”

Van Dorssen trekt een vergelijkbare conclusie. Volgens hem zijn de verhalen uit de Tweede Wereldoorlog een leerschool voor het heden. “Herdenken zelf helpt niet zozeer”, zegt Van Dorssen, “De vraag is hoe de wereld eruit ziet als we niet zouden herdenken.”

Sfeerbeelden van de Dodenherdenking op het Domplein. Beeld: Cas Wackie Eysten.

Over de auteur

Ramses Kalse

Ik ben Ramses Kalse, een student journalistiek die gewapend met zijn scherpe pen de wereld drastisch wil veranderen. Ik schrijf en creëer graag menselijke en innemende verhalen. Daarnaast ben ik een onderzoeker en uitpluizer pur sang. Ik graaf diep om de waarheid bloot te leggen. Onderzoeksjournalistiek met een brede blik op de wereld en machtige mensen aan de tand voelen is mijn streven. Momenteel doe ik dit lekker lokaal ‘In Hartje Utrecht’.