De kinderen uit Lombok en Oog in Al nemen vaker de fiets dan de gemiddelde Utrechter

De kinderen uit Lombok en Oog in Al nemen vaker de fiets dan de gemiddelde Utrechter

Kinderen in Lombok en Oog in Al fietsen meer dan de gemiddelde Utrechter

UTRECHT-WEST – Utrecht is een echte fietsstad, daar staan ze om bekend. Met de grootste fietsenstalling ter wereld en ruim 96% van de Utrechters met één of meer fietsen thuis. Dat is ook niet gek, vanwege de 125 duizend mensen die dagelijks over het 250 kilometer lange fietspadennetwerk van Utrecht rijden. Indrukwekkende data, maar fietst Utrecht-West ook zo veel en hoe doen de kinderen dat, fietsen zij naar school? Om dit in beeld te krijgen hebben we de enquête uitgezet in Lombok en Oog in Al en ouders van basisschoolkinderen benaderd. Waaruit blijkt dat minder dan de helft per fiets naar school gaat.

Tekst: Sil Kwaspen

Fietsen is een van die zeven dingen die de meeste van mijn generatie al vroeg leerden; naast ademen, slapen, eten, boertje laten, lopen en op het potje. Eerst bij mama voorop het stuur, veilig achter een windscherm en voor de boezem tegen de kou. Daarna achterop, later met zijwieltjes en nog veel later oefenen zonder zijwieltjes. Velen zullen het beeld wel kennen; de vader met het ene uiteinde van de stok in de hand en het ander aan de bagagedrager van het kinderfietsje geknoopt, rennend over zijn gazon achter zijn kind aan. Wat dol enthousiast roept: “Ik voel het evenwicht, papa”. Zo vroeg mogelijk leren fietsen zonder zijwieltjes zodat ze samen met de kinderen uit de straat zonder ouders naar school kunnen fietsen. Dan kunnen papa en mama ook op tijd op werk zijn.

Uit het onderzoek is gebleken dat minder dan de helft de fiets neemt naar school, ouders en verzorgers geven in de enquête aan dat 63 kinderen met de fiets naar school gaan. Een percentage van 44%, je zou denken dat dit laag is voor deze geprezen fietsstad. Maar uit een onderzoek van gemeente Utrecht uit 2020 blijkt dat 42% van de Utrechters kiest voor de fiets om zich binnen de stad te verplaatsen. Kinderen in Lombok en Oog in Al doen het dus beter! Het zit wel goed met de vitaliteit in de toekomst van Utrecht-West. In het cirkeldiagram hieronder zie je dat de kinderen te voet, met de auto in een nek-aan-nek race zitten, de resterende veertien procent klimt in de bakfiets.

Keuze van vervoersmiddel naar de basisschool in Lombok en Oog in Al.

En voor die overige acht procent in het figuur hieronder, zij zijn gelijk verdeeld tussen steppen of skaten en het openbaar vervoer. De kinderen op de step en het skateboard geven aan zelfstandig of samen met een medeleerling van die school te reizen. Wat de vier procent die met het openbaar vervoer naar school gaat betreft? Zij wonen tussen de vijf en tien kilometer van hun school verwijderd.

De overige acht procent stept, skate of maakt gebruik van U-ov.

Het zelfstandig met de kinderen uit de straat naar school toe fietsen lijkt na dit onderzoek wel echt iets Brabants te zijn. Bij het analyseren van de antwoorden van de respondenten komt er naar boven dat de meerderheid van de kinderen nog altijd naar hun basisschool wordt gebracht. Maar liefst 67% van alle onderbouw kinderen, dat zijn de groepen één tot en met vier, 62% van de bovenbouw, de kinderen in de groepen vijf tot en met acht. Met een gemiddelde over de wijken Lombok en Oog in Al van 65%. Het is logisch dat niet alle kinderen zelfstandig door zo’n grote en drukke stad naar school mogen gaan, een andere mogelijke herleiding zijn de cijfers van een onderzoek van gemeente Utrecht uit 2020. Hieruit blijkt dat 30% van de Utrechters zich weleens onveilig voelt in hun eigen wijk.

Er is nog wel een grote voorkeur voor de fiets in zowel de onder- als bovenbouw, onder de 67% van de kinderen die gebracht worden naar school, zij wonen ook allen binnen een straal van tien kilometer van school. Hoewel er relatief gezien wat minder respondenten waren met kinderen uit de bovenbouw, is de verdeeldheid in vervoerskeuze wel erg gelijk verdeeld. Vrijwel dezelfde hoeveelheid kinderen uit de bovenbouw wordt gebracht te voet, per fiets, in de bakfiets en met de auto. De keuze van openbaar vervoer, steppen en skaten nemen veruit de minste respondenten.

Fietsen nog altijd de voorkeur van Utrechtse ouders en kinderen.

Een van de respondenten sprak ik tijdens het flyeren, Hellen is de tante van Freek en Wout. Ze is hier in de buurt opgegroeid maar woont inmiddels met haar Vlaamse man in Brussel. “Het is voor mijn zus het aller makkelijkst om de kinderen ’s-Ochtends achter in de auto te zetten, werk tas op de bijrijdersstoel, kinderen op school afzetten en hup door naar werk.” Ze vertelt dat ze om de week op vrijdagmiddag samen met de kinderen naar de stad gaat of naar de Boulderhal. “Zelf heb ik geen kinderen maar vanuit mijn werk heb ik wel vaak afspraken in midden-Nederland, die plan ik altijd in de ochtend zodat ik de jongens kan ophalen van school en samen leuk het weekend in te leiden. De ene keer schuif ik dan aan voor diner bij mijn zus en de andere keer ontmoet ik mijn man hier in de stad voor een avondje uit.”

Gezamenlijk tellen de multiculturele buurt Lombok en de wat hoger op stand Oog in Al zo’n elfduizend inwoners. Aangezien er 10 basisscholen in deze twee wijken zitten is het onderzoek verspreid naar wijkbewoners via Facebook, flyers bij Kindercampus Het Molenpark, twitter en Instagram. Ook heeft René Kronenburg, organisator van Buurthuis Rosa en Team DOCK de enquête op zijn facebookpagina gedeeld. Na een maand is de data van de 82 respondenten verwerkt en hebben we de resultaten van 145 kinderen weten te bemachtigen. Hiermee hebben we de cijfers geanalyseerd en zo goed mogelijk in beeld proberen te brengen. In de enquête hebben we niet alleen onderscheid gemaakt tussen verschillende vervoerskeuzes zoals: te voet, met de fiets, met de bakfiets, met de auto, met het openbaar vervoer. Maar ook onderscheid in welke hoedanigheid zoals: gebracht of zelfstandig. Ook is de reisafstand getoetst om te onderzoeken wat de invloed is van dicht of ver bij huis naar school gaan. Daarnaast nemen we ook het verschil tussen de onder- en bovenbouw onder de loep.  

Over de auteur

Sil Kwaspen

Hallo, mijn naam is Sil Kwaspen, ik ben 23 jaar en woon in 's-Hertogenbosch. Als startend journalist ben ik tijdens het maken van mijn producties actief bezig om alles zo interessant mogelijk te maken. Ik schrijf graag in verhalende vorm en laat mijn bronnen en het beeld juist het woord doen. Bij kleine gebeurtenissen duik ik graag in de diepte en bij moeilijk te begrijpen onderwerpen probeer ik alles behapbaar te maken. Saai nieuws is ook nieuws en als het belangrijk is dan moet het interessant genoeg zijn om te lezen.