Waar: De helft van de studenten doen alfa- of gammastudie, maar de overheidsfinanciering bedraagt slechts tien procent.

Waar: De helft van de studenten doen alfa- of gammastudie, maar de overheidsfinanciering bedraagt slechts tien procent.

Tijdens het verkiezingsdebat over de toekomst van onderzoek in Nederland stelde Paul van Meenen (D66) dat 50 procent van de studenten in Nederland een alfa- of gambastudie doet, maar dat daar slechts tien procent van de totale overheidsfinanciering voor het wetenschappelijk onderwijs naartoe gaat. Uit deze factcheck blijkt zijn uitspraak waar te zijn.

Overheidsfinanciering onderwijs

Bovenstaande claim kwam naar voren in een discussie over de overheidsfinanciering voor het onderwijs. In 2018 gaf de overheid in totaal 30,4 miljard euro uit aan het onderwijs. Dat geld is bedoeld om het personeel en de materialen te financieren. De hoogte hiervan hangt samen met de omvang van de overheidsinstelling. Wetenschappelijk onderwijs krijgt 8,2 miljard euro.

Soorten studies:

Studies aan de universiteit en vaak ook aan de hogeschool worden onderverdeeld in de categorieën alfa- bèta en gammawetenschappen. Alfawetenschappen bestuderen de producten van het menselijk handelen; denk hierbij aan geschiedenis of taalkunde. Gammawetenschappen bestuderen het menselijk handelen, zoals psychologie en sociologie. Verder zijn er ook nog de bètawetenschappen. Deze bestuderen de niet-menselijke natuur. Hierbij horen biologie of natuurkunde.

Verdeling overheidsfinanciering

Na contact met D66 kwam de partij met een tabel die de uitsplitsing van studenten in Nederland op WO-niveau aangaf. 

De tabel van DUO onderscheidt tien studierichtingen, waarvan er vijf een alfa- of gammawetenschap zijn:

  • Economie met 46.900 studenten in 2019 (gammawetenschap) 
  • Recht met  30.800 studenten in 2019 (alfawetenschap) 
  • Gedrag en maatschappij met 54.900 studenten (gammawetenschap) 
  • Taal en cultuur 32.100 studenten (alfawetenschap) 
  • Onderwijs met 46.900 studenten (alfawetenschap) 

Bij elkaar opgeteld volgen 211.600 studenten een alfa- of gammawetenschap op WO-niveau., van de in totaal 303.400 studentendis studeren op WO-niveau. Van alle WO studenten volgt dus 69,7 procent een alfa of gammawetenschap. Nog meer dus dan de 50 procent van Van Meenen.

Research and development

In totaal werd er 16,1 miljard euro uitgegeven aan R&D(research and Development) in het hoger onderwijs, waarvan een kwart naar alfa- en gammawetenschappen ging. Dit geld gaat niet alleen naar onderwijs, maar ook naar bedrijven en researchinstellingen, Van deze 16,1 miljard euro is 28 procent bestemd voor het hoger onderwijs; ongeveer 4,48 miljard euro. De rest gaat dus naar bedrijven en andere researchinstellingen. 
Van die 4,48 miljard euro gaat 25 procent naar de geesteswetenschappen en sociale wetenschappen; 1,12 miljard dus. Volgens D66 zijn de onderwijsgelden hier echter niet bij gerekend. Wanneer dit wel gebeurt, zou je uit moeten komen op de 10 procent waar Van Meenen het over had. Aan wetenschappelijk onderwijs is in totaal 8,2 miljard euro uitgegeven. Wanneer je 1,12 miljard afzet tegen 8,2 miljard, kom je uit op een percentage van 13,6 procent; ietsje meer dan de 10 procent uit de bewering van Van Meenen. 

In onderstaande tabel is te zien waar de overheid zijn geld aan uitgeeft voor research and development (R&D).

Conclusie:

De claim van Paul van Meenen dat de helft van de studenten een alfa of gammastudie doet, maar dat daar maar tien procent van de  totale overheidsfinanciering voor wetenschappelijke opleidingen daar naartoe gaat, is waar. Sterker nog: bijna zeventig procent van de studenten volgt deze studies en die krijgen maar 13,6 procent van de totale overheidsfinanciering voor wetenschappelijk onderwijs.

Over de auteur