Internationale treinreizen winnen aan populariteit, met een opvallende groei van het aantal verkochte tickets via NS International. In de zomermaanden juni, juli en augustus van dit jaar werden 339.000 tickets verkocht, bijna 20 procent meer dan vorig jaar. Echter, ondanks deze groei kondigt de NS aan dat de tarieven voor internationale treinen volgend jaar met bijna 8 procent zullen stijgen.

Naast deze groeiende trend betreden nieuwe spelers de markt. GoVolta, die vanaf januari 2024 opereert, streeft ernaar dagelijkse treinverbindingen naar Berlijn, Parijs en Basel aan te bieden vanaf 1 mei, met treinkaartjes vanaf 10 euro. GoVolta positioneert zich als een betaalbaar alternatief voor vliegreizen, met de nadruk op gemak en betaalbaarheid, zij het met de introductie van een reserveringskostensysteem.

Een andere nieuwkomer, Heuro, heeft plannen om vanaf 2028 de concurrentie aan te gaan met Eurostar naar Parijs en Londen. Met een focus op lagere prijzen en het vergroten van het treingebruik wil Heuro zich onderscheiden in de veranderende marktopening op het spoor. Hoogleraar Bert van Wee deelt zijn inzichten over deze ontwikkelingen: “Die de markt van internationale trein aanbieders is niet bepaald dynamisch. Zijn veel klachten die al decennialang bestaan over gebrekkige informatieverstrekking, matige service, moeilijk om tickets te boeken of om te boeken.”

Van Wee voorziet dat de komst van dergelijke aanbieders de gevestigde orde kan aansporen tot verbeteringen: “Als er verschillende van dit soort aanbieders zijn die voor een lage prijs zwaar concurreren, kan dat maken dat de gevestigde orde klantvriendelijker gaat worden.”

De vraag die nu oprijst is of deze ontwikkelingen, met zowel GoVolta als Heuro als nieuwe spelers, de treinreiservaring binnen Europa daadwerkelijk zullen verbeteren en of de gevestigde orde in de markt wakker geschud zal worden.

In de onderstaande reportage wordt er gekeken of deze treinen een alternatief zijn voor het vliegtuig.