Een handjevol mensen keek toe hoe de ploeg van trainer Ron Jans trainde afgelopen woensdag. Op het FC Utrecht Topsportcentrum wordt er veel aandacht besteed aan het schieten op goal en vanaf de kant kijkt men aandachtig naar de professionals die de doelmannen trachten te passeren. Ondanks de belabberde situatie waarin de ploeg zich bevindt, laatste na acht speelrondes, zijn er louter hoopvolle geluiden te horen op en rondom het trainingsveld

Het is een donkere, grijze dag met veel buien. Het weer op deze trainingsdag is misschien wel een perfecte afspiegeling van het seizoen van FC Utrecht. Na acht wedstrijden staan de Domstedelingen op een armoedige laatste plek met maar drie punten. Langs de kant staan een vijftal mensen naar de training te kijken, waaronder Giel Brassee. Hij is al jarenlang fan van de Utrechtenaren, maar komt niet vaak kijken naar de trainingen: ‘Ik ben er vandaag omdat ik vind dat je een club moet steunen in voor- en tegenspoed. Het is namelijk een unicum dat Utrecht zo laag staat, dus ik wil ze graag een hart onder de riem steken.’

Iets voordat de klok op elf uur staat, komen de spelers naar buiten. Wie denkt dat hier alleen maar serieuze en gespannen blikken te zien zijn op de gezichten van de spelers, heeft het mis. Ondanks de uitzonderlijke situatie waar de club zich in bevindt, komen de spelers lachend en grappend naar buiten. Hier krijgen zij een korte toespraak van trainer Ron Jans, waarna de training begint.

Tijdens de training is er niet veel te merken van de slechte prestaties. De fans aan de zijkant van het veld praten onderling met elkaar, waarbij de hoofdzaak van de gesprekken overal hetzelfde is: FC Utrecht blijft niet lang bivakkeren in de onderste regionen van de ranglijst. ‘FC Utrecht is één van de vier clubs die nog nooit gedegradeerd is. Met deze trainer en staf voor de groep is het ondenkbaar dat wij gaan degraderen. En anders hebben wij met Frans van Seumeren een eigenaar die zijn vermogen echt wel zal gebruiken als het echt nodig is’, aldus Brassee.

Eén van de pijnpuntjes dit seizoen voor de Utrechtenaren is het aantal gescoorde goals. Na acht wedstrijden staat de teller op vier schamele doelpunten. Dit probleem wordt ook op de training blootgelegd, want er wordt veel aandacht besteedt aan het afwerken op goal. Van simpele afwerkvormen waarbij de spelers van dichtbij op de keeper kunnen schieten, tot moeilijke oefeningen waar de bal in één keer uit de lucht geschoten wordt; Alles passeert de revue. Deze oefeningen blijken goed weer te geven hoeveel moeite de ploeg heeft met scoren: veel ballen belandden naast of over de goal. Om de sfeer er positief in te houden grapt trainer Ron Jans dan ook richting de fans: ‘Kunnen ook een paar mensen op de parkeerplaats gaan staan om de ballen te gaan halen?’

Na de afsluitende partijvorm zoeken de vermoeide spelers weer de kleedkamer op, waarbij trainer Jans nog wat tijd over heeft voor de toeschouwers. Hij geeft aan zich geen zorgen te maken over de situatie: ‘We hebben tot nu toe ook veel pech gehad met schorsingen en blessures. Hierdoor hebben wij nog geen vaste basis kunnen maken en hiermee kunnen werken aan een plan, aangezien het elke wedstrijd opnieuw passen en meten is met de opstelling. Nu is er ook weer een interlandperiode waar een aantal spelers voor hun land moeten uitkomen, waardoor ze voor de volgende wedstrijd van ons tegen Ajax ook niet allemaal speelgerechtigd kunnen zijn. Zodra wij bijna iedereen fit hebben weten te krijgen, weet ik zeker dat wij hier weer bovenop komen.’