Grensoverschrijdend gedrag bij studenten in de praktijk: het gebeurt vaker dan we denken
Er is de afgelopen tijd veel onderzoek gedaan naar grensoverschrijdend gedrag bij de publieke omroep. Maar in hoeverre krijgen studenten journalistiek te maken met ongewenst gedrag tijdens het maken van een productie? SvJ-Media spreekt met studenten die grensoverschrijdend gedrag meemaakten en hield een enquête. Hieruit blijkt dat 40% van de ondervraagde studenten weleens te maken heeft gehad met grensoverschrijdend gedrag.
Illustratie: Pepijn van der Putten
Van de 60 ondervraagde studenten heeft 33% weleens tijdens het maken van een studie productie te maken gehad met een vorm van intimidatie en machtsmisbruik. Van alle ondervraagde studenten heeft bijna een kwart te maken gehad met seksueel grensoverschrijdend gedrag. Bij het invullen van de enquête konden respondenten anoniem invullen wat hen is overkomen, studenten geven aan te zijn ‘gekleineerd’, ‘bespuugd’ of ‘bedreigd’ tijdens het maken van een productie voor de opleiding journalistiek. Drie vrouwelijke studenten doen hun verhaal:
Hotel
Julia* is een schuilnaam, naam en verhaal zijn bekend bij de redactie.
‘Ik was net begonnen met het vak Go en in mijn tweede week maakte ik een reportage. Mijn eerste bron was al geregeld maar ik was nog opzoek naar een tweede bron. Uiteindelijk vond ik iemand die in Limburg woonde en thuis werkte door corona. Ik weet nog dat ik onderweg was en ik het best wel spannend vond, want ik was altijd gewend dat er iemand met me meeging en nu moest ik alleen gaan. Toen ik naar het adres ging dat de man aan mij had gegeven, bleek het niet zijn huis te zijn maar een hotel. Ik ben niet snel bang, maar ik vond dat wel gek. Maar ik zat in de tweede week van Go, voelde best wel wat druk, dus ik dacht ‘fuck it’, ik moet dit gewoon doen. Dus ging ik naar dat hotel.’ Vertelt Julia*. ‘Toen hij in het hotel aankwam zag hij er onverzorgd uit, ik kreeg er helemaal rillingen van, dus stuurde ik mijn locatie naar een vriendin. Tijdens het interview merkte ik dat hij naar mijn inkijk keek, niet dat ik een heel diep shirt aan had, maar hij keek mij niet in de ogen. Het voelde totaal niet fijn, kan ik je zeggen.’ Aldus Julia*. ‘Na afloop van het interview gingen we naar buiten en liep een vriend van mijn bron ons tegemoet. Vrijwel het eerste dat hij tegen mij zei was: ‘Hey lekker ding! Wil je mij anders ook niet interviewen? Hij vervolgde met een seksistische opmerking naar mijn bron: ‘dat ziet er goed uit wat je geregeld hebt maat!’ ‘En daar sta je dan, met twee mannen die mijn vader hadden kunnen zijn, waarvan de een naar mijn lichaam keek en de ander dit soort opmerkingen maakte. Het voelde als een slechte scene in een thriller film waarbij het meisje ontvoerd zou worden en ik dacht alleen maar bij mezelf: ik ben blij als ik weer in de trein zit.’
Volgens Julia* is dit niet een uitzondering: ‘het gebeurt best vaak dit soort situaties of je nou aan het voxpoppen bent of op een hockeyveld staat, er worden ongewenste opmerkingen naar je hoofd geslingerd.’ Het incident bij het hotel was de doorslaggevende reden om niet meer alleen reportages te maken: ‘Ik heb twee mannelijke vrienden in mijn klas zitten, die ik meerdere malen al heb meegevraagd om met mij mee te gaan. Ik ben simpelweg niet meer op mijn gemak om alleen op pad te gaan.’
Voetbalveld:
Julia* is niet de enige die te maken heeft gehad met dit soort situaties, Merel Zoomers, derdejaars student journalistiek, kreeg te maken met soortgelijke opmerkingen tijdens het maken van een productie in het tweede jaar. ‘Ik werkte destijds voor het vak Markt Betreden bij een lokale omroep en op de redactie vroegen ze aan me of ik verslag wilde doen van een voetbalwedstrijd. Het paste niet helemaal in mijn straatje, maar ik wilde me verbreden, dus ik dacht ik doe het wel. Tijdens de voetbalwedstrijd gebeurde er eigenlijk nog niet zoveel, ik hield de scores bij en probeerde de wedstrijd zo goed mogelijk te analyseren. De narigheid begon eigenlijk pas na de wedstrijd’ legt Merel uit. ‘Ik moest voor het artikel ook interviews doen met de voetbalspelers. Terwijl ik de voetballers aan het interviewen was, hoorde ik gejoel en gefluit vanaf de tribune. Het kwam eerst nog niet eens binnen dat het naar mij was. Pas toen ik de voetballer die ik interviewde zag grinniken, draaide ik me om en had ik door dat ze naar mij aan het joelen waren. Ondanks dat ik het ongemakkelijk vond, ging ik na het interview met de voetballer vragen stellen aan de coach van het team. Ik wilde apart met hem ergens zitten, om me niet af te laten leiden door mannelijke supporters, maar hij wilde per se op het voetbalveld blijven. Tijdens het interview begonnen de supporters vanaf de tribune dingen te roepen zoals: ‘oh pietje gaat met die jonge dame! Pietje, vies mannetje! Gaan jullie samen naar huis vanavond? Ik dacht echt, wat is dit?’ Ik probeer gewoon mijn werk te doen. Het ultieme dieptepunt was toen de coach hardop begon te lachen om de opmerkingen vanaf de tribune. Ik voelde me echt een klein meisje op de basisschool dat gepest werd. Ik wilde zo snel mogelijk weg maar wilde professioneel blijven en ronde mijn interview af. Toen ik weg wilde gaan, moest ik langs de tribune lopen waar de supporters met ze allen zaten; sterker nog ze hingen met ze allen over de reling. Er was letterlijk geen andere uitgang. Ik voelde me op dat moment echt een attractie die bekeken werd en net toen ik dacht dat ik er voorbij was, riep een van de supporters: ‘Hey schatje, mag ik je nummer?!’ Ik liet duidelijk merken dat ik daar niet van gediend was waarop de supporters me uitscholden: ‘kutwijf! Vieze hoer, rot dan maar op!’. ‘Je voelt je zo klein in een hoekje getrapt. Ik dacht bij mezelf: ligt dit nou aan mij? Ben ik te blond? Of te vrouwelijk om een sportjournalist te zijn? Het voelt zo oneerlijk want als ik een jongen was geweest, was dit allemaal nooit gebeurd. Inmiddels staat Merel een stuk sterker in haar schoenen: ‘ik probeer heel rustig te blijven in dit soort situaties ondanks dat het natuurlijk heel vervelend is.’
Druk om producties op tijd af te maken:
Parwin Ziyadkhanli deelt ook haar verhaal met de redactie: ‘Het was in mijn eerste jaar, voor het vak JOUTA. ‘In het eerste jaar lag er heel veel druk op om je producties op tijd af te maken en ik liep destijds een audioproductie achter. Het was daarom belangrijk om die ene bron te spreken. Toen ik aankwam op locatie, die ze liever niet in het artikel deelt om het herleiden van de bron te voorkomen, merkte ik al hoe mannen naar vrouwen keken en dat er opmerkingen over werden gemaakt. Zo zei een oude man tegen mij dat ik er mooi uitzag en een andere man dat ‘als ik geen journalist was geweest hij liever langer met me had gepraat. Misschien is het een grapje of een compliment. Persoonlijk vind ik die opmerkingen niet nodig als ik aan het werk ben. Ik heb er geen trauma’s aan overgehouden maar het is me wel altijd bijgebleven. Kort na het afnemen van die interviews vertelt Parwin dat ze wat angstiger was om producties te maken: ‘Een tijdje geleden moest ik alleen een interview bij een man thuis doen en toen dacht ik: ‘Waar ben ik mee bezig? Toen heb ik mijn locatie met meerdere mensen gedeeld en het was voor de rest een prima man hoor. Maar het feit dat ik daaraan moest denken zeg toch wel wat. Ik denk dat elke vrouw dat heeft.’
Tips om jezelf te beschermen
Grensoverschrijdend gedrag wordt besproken in de lessen en bij studieloopbaanbegeleiding, maar is geen vast onderdeel van de les. Docent journalistiek Timna Rauch probeert regelmatig in haar lessen dit onderwerp bespreekbaar te maken: ‘Ik stel eigenlijk bij de veel van de vakken die ik geef wel eens de vraag of studenten te maken hebben gehad met grensoverschrijdend gedrag. Bij de colleges Markt Betreden is persveiligheid een van de ontwerpen, dus in dat college vraag ik het altijd aan de studenten in de zaal. Omdat ik denk dat het veel studenten overkomt, en het zo bespreekbaar wordt. De meeste verhalen die ik in die lessen hoor gaan gelukkig om vrij bescheiden vormen van grensoverschrijdend gedrag, wat het natuurlijk niet goed maakt. Ik denk dat het allerbelangrijkste is op zo’n moment dat studenten hun verhaal kunnen doen. En herkenning bij elkaar vinden. Dat ze weten dat ze niet de enige zijn. Ook kunnen studenten natuurlijk bij een decaan, vertrouwenspersoon of Slb’er terecht.’ Vertelt Timna. ‘Ik wil blijven benadrukken dat het niet normaal is als zoiets gebeurt.
Daarom adviseert Timna dat studenten zich goed voorbereiden als ze op pad gaan: ‘Laat aan een vriend of vriendin weten waar je naartoe gaat en spreek af op een openbare plek. Mocht er dan toch iets gebeuren meldt het bij iemand op school en bij PersVeilig. Mocht het nodig zijn kunnen we je helpen met aangifte doen. Daarbij is het belangrijk om altijd je gevoel te volgen, als je merkt dit zit niet goed ga dan niet of ga dan zeker voor die openbare plek. Als het tijdens een interview ongemakkelijk wordt, breek het gesprek af ook als je het verhaal af moet maken. Er is namelijk geen enkel verhaal op de wereld wat je leven waard is. En een hand op je been zal je misschien niet het leven kosten maar als je daardoor merkt dat je in andere situaties angstiger wordt, heeft het wel wat gekost. Luister daarom naar je gevoel en volg dat.’ Aldus docent Timna Rauch.
Dit zei stage coördinator Arjan Kroon eerder over grensoverschrijdend gedrag: https://svjmedia.nl/blog/2024/02/06/stage-coordinator-arjan-kroon-het-is-niet-normaal-om-te-schreeuwen-of-een-stagiair-belachelijk-te-maken-na-een-fout/