Steeds meer ouders in Nederland gebruiken GPS-trackers om de locatie van hun kinderen te kunnen zien wanneer ze buiten spelen. Uit onderzoek uit 2019 bleek dat ongeveer 20% van de ouders destijds een GPS-tracker gebruikte, en nog eens 25% overwoog dit te gaan doen. Toch klinkt er ook kritiek van experts, omdat ze willen dat het verantwoordelijkheidsgevoel van kinderen wordt gestimuleerd, wat hen op latere leeftijd weerbaarder kan maken.

GPS-horloges, armbandjes en apps bieden talloze manieren om de locatie van je kinderen te volgen. In de afgelopen jaren zijn er meer producten op de markt gekomen en zijn ze in prijs gedaald. Een eenvoudig GPS-horloge kost nu ongeveer honderd euro en is gemakkelijk in te stellen.

De redenen waarom ouders voor zo’n GPS-tracker kiezen, lopen uiteen. Sommige ouders vinden het prettig om te weten waar hun kinderen zijn als ze buiten spelen, of ze hebben het idee dat ze hun kinderen hierdoor meer vrijheid kunnen geven. Dit roept echter ethische dilemma’s op voor ouders: wanneer is het gepast om te kijken en wanneer niet? Voor welke leeftijd is het verstandig, en vanaf welke leeftijd niet?

Janneke van Bockel is ouderschapsdeskundige en is bij ons in de talkshow aangeschoven. Volgens haar moeten ouders bij zichzelf goed nagaan waarom ze denken dat dit nodig is voor hun kinderen. Doen ze dit omdat hun kinderen vaak weglopen, of heeft het meer te maken met hun eigen onzekerheid?”