Factcheck: Is het schorsen van scholieren echt ineffectief?

Factcheck: Is het schorsen van scholieren echt ineffectief?

Uit recent onderzoek van het wetenschappelijk tijdschrift ‘School Psychology’ in de Verenigde Staten blijkt dat het schorsen van scholieren een ineffectieve maatregel is tegen wangedrag. Naar aanleiding van dit onderzoek heeft auteur en onderwijsdeskundige Jan Ruigrok een artikel gepubliceerd in het AD. Hierin schrijft hij dat ook in Nederland het schorsen van scholieren geen effectieve maatregel is tegen wangedrag en niet helpt bij het creëren van een veilige omgeving op school. Maar hoe werkt het nu echt in de praktijk? En kun je de Nederlandse en Amerikaanse schoolsystemen wel zo nauw met elkaar vergelijken?

Schorsen en wangedrag

Ten eerste is het van belang om te definiëren wat wangedrag precies is. Het onderzoek definieert wangedrag als verschillende vormen van fysiek of verbaal geweld die leerlingen uiten naar medescholieren en docenten. Wanneer er een incident plaatsvindt waarbij een leerling op extreme wijze de door de school aangegeven grenzen overschrijdt, zal de desbetreffende leerling geschorst worden.

Een schorsing houdt in dat de leerling tijdelijk wordt verwijderd van de school en geen onderwijs zal kunnen volgen. Hoewel het proces per school hier en daar verschilt, wordt deze beslissing vaak gemaakt door een afdelingshoofd, teamleider en rector van de school. Ook zit wordt er nog een distinctie gemaakt tussen informeel en formeel schorsen. “Wanneer een leerling zich misdraagt, kun je ze voor de rest van de dag wegsturen. Dit is geen formele schorsing. We spreken pas over een formele schorsing wanneer een leerling tussen de twee en vijf dagen van school wordt gestuurd. Hier wordt dan ook melding van gemaakt bij de onderwijsinspectie”, zegt Ronald Boorsma, rector van het Marne College in Bolsward.

 Efficiënt of niet?

In het artikel van het AD wordt beweerd dat door een leerling te schorsen, je ze uitsluit. Leerlingen zouden hierdoor een hekel krijgen aan school, waardoor de band tussen scholier en school alleen maar verslechterd. Volgens orthopedagoog van het NVO (Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen), Yolanda Klomp, is de relatie die een leerling heeft met de school ook cruciaal voor zijn of haar motivatie. “Met schorsen laat je eigenlijk merken aan de scholier dat ze niet meer welkom zijn. Dit is dus allesbehalve stimulerend voor diegene”, aldus Klomp.

Wel is het volgens Klomp belangrijk duidelijk grenzen te stellen. “Ik denk dat schorsen voor de leerling als individu niet altijd effectief is om hun gedrag te verbeteren. Wel is het soms voor de omgeving van belang dat zo’n leerling tijdelijk wordt verwijderd, om de situatie veilig te houden.”

Verder merkt onderwijspersoneel in de praktijk dat een schorsing alsnog positieve effecten kan hebben. Wiebren Minnema, teamleider bij het Marne College in Bolsward, zegt dat het voor veel leerlingen een wake-up call is. “De meeste leerlingen die geschorst worden zijn daardoor zeer onder de indruk. Natuurlijk heb je ook wel is een leerling die er zich vrij weinig van aantrekt, maar over het algemeen merk je bij de leerling dat het in één klap binnenkomt dat hun gedrag niet door de beugel kan”, aldus Minnema.

 Maatwerk

Het schorsen van een leerling is in Nederland niet een alleenstaande maatregel. Er zit namelijk nog een heel traject achter. Bij terugkomst van de scholier gaan ze samen met de school in overleg. Dit heet een herstelgesprek. In dit gesprek worden afspraken gemaakt met de leerling over hun terugkeer in de klas en wordt hun progressie gevolgd.

Het aangaan van zo’n langdurig traject is daarom ook geen lichte beslissing voor een schoolbestuur. Ronald Boorsma spreekt hierbij dan ook over maatwerk. “Hoewel er zich zeker vergelijkbare situaties voordoen op school omtrent overtredingen, verschillen de meeste gevallen toch heel erg van elkaar. Elk kind is weer anders dan de vorige, de context van de overtreding verschild. Daarom zien wij schorsen niet als een algemene maatregel voor elke leerling die op hevige wijze een grens overschrijdt. Wij gebruiken het alleen als maatregel wanneer wij ervan overtuigd zijn dat het passend is voor de situatie.”

Conclusie

Hoewel je inderdaad zou kunnen stellen dat het schorsen van een leerling een vervreemdend effect heeft op diegene, blijkt de maatregel in praktijk niet ineffectief. Volgens schoolbestuurders is de maatregel nu eenmaal soms noodzakelijk voor het behouden van een veilige omgeving op school en is het een wake-up call voor de leerling die in overtreding is gegaan. Verder is er om het schorsen heen een heel traject voor de scholier om te re-integreren in de klas. Voor Yolanda Klomp betekent schorsing daarom ook niet automatisch een verslechterde band tussen school en leerling.

 

Over de auteur

Guus Hardon

Guus Hardon (20), is een gedreven student journalistiek aan de Hogeschool Utrecht. Hij heeft een brede interesse in de journalistiek en houd zich bezig met het creëren van een effectieve redactie.