Pas sinds de eerste Jurassic park film uit 1993 weten we over het bestaan van dinosauriërs met veren. Na de ontdekking van een nieuwe dinosaurus, de Pycnovezels, werd er jarenlang gespeculeerd over dinosauriërs met een verenvacht. Deze dino had daar namelijk de juiste kenmerken voor, meldt Kennislink. Tegenwoordig kunnen de dinoveren van dichtbij worden bewonderd: ze zijn te zien in het Oertijdmuseum in Boxtel.
Het Oertijdmuseum was wekenlang bezig met de voorbereidingen voor de tentoonstelling. Er kwamen een aantal obstakels op de weg: zo waren er niet genoeg materialen ingekocht, een aantal prototypes braken en door problemen met de lichtinval werd het opstellen van de tentoonstelling moeilijker. Ondanks alles kunnen de bezoekers vanaf komend weekend de veren komen bekijken. De aankondiging van de tentoonstelling trok veel aandacht van het publiek en van expert. “Iedereen is enthousiast omdat de veren eindelijk een keer te zien zijn”, vertelt Maarten de Rijker, een van de makers van de tentoonstelling. “We hebben ook een workshop waarin je zelf setjes barnsteen in elkaar kan slijpen. Er zijn al diy-setjes verkocht aan mensen die ze thuis wilden proberen. Mensen vonden het idee zo leuk dat ze het meteen wilden meenemen”.
De veren komen uit Myanmar, uit de Hukawng Valley in het noorden van het land. Hier wordt veel barnsteen gemijnd voor onder andere het maken van sieraden. Soms worden er planten, dieren of insecten uit de oertijd gevonden in deze fossiele hars. Volgens paleontoloog Femke Holwerda is de kans dat dit gebeurt klein: “Zo’n veer moet eerst van een beest af vallen, tegen de boom aanwaaien, dan moet het vast blijven zitten in de hars. Om de veer te laten fossiliseren, moeten ook nog alle omstandigheden precies goed zijn.”
Omdat het zo onwaarschijnlijk is dat delen van dieren zo goed bewaard blijven, is de vondst van 10 dinoveren erg bijzonder. De veren zijn vanaf 14 oktober te zien in het Oertijdmuseum in Boxtel.