Utrecht Oost

Selecteer Pagina

Zwemschool De Blauwe Watervogel heeft te lange wachtlijsten ondanks de landelijke daling in zwemdiploma’s.

Zwemschool De Blauwe Watervogel heeft te lange wachtlijsten ondanks de landelijke daling in zwemdiploma’s.

Mick van Eeuwijk in zwemschool De Blauwe Watervogel, foto: Jari Bosma

De uithof– Zwemschool De Blauwe watervogel heeft op dit moment lange wachtlijsten met kinderen die willen beginnen met zwemles. Ook hebben ze te maken met een personeelstekort. Dit is tegenstrijdig met het onderzoek van het Mulier Instituut, daaruit blijkt namelijk dat op landelijk niveau steeds minder kinderen een zwemdiploma hebben. 

Volgens Mick van Eeuwijk, zweminstructeur en verantwoordelijke voor de organisatie van de zwemschool, zijn de lange wachtlijsten het grootste probleem van de zwemschool. Van Eeuwijk vertelt dat ouders hun kinderen steeds eerder willen laten beginnen met zwemles, maar dat de jongste kinderen vaak nog te jong zijn om goed te kunnen leren zwemmen. Dit kan ervoor zorgen dat een kind lang op zwemles zit, niet veel leert maar wel een plek bezet houdt. Hierdoor worden de wachtlijsten erg lang. 

Personeel

Van Eeuwijk vertelt dat als hij meer personeel had, hij gelijk meer kinderen zou kunnen oproepen. Hij deelt de les nu op in twee groepen door het zwembad te scheiden in twee delen. Als hij meer personeel had, zou hij een derde groep kunnen toevoegen. 

‘Ik heb liever een onervaren jong iemand die er echt zin in heeft en energiek is, dan iemand die al 30 jaar werkt en het allemaal op de automatische piloot doet’, aldus Van Eeuwijk. Hij kijkt bij het zoeken naar personeel naar iemands diploma, maar staat ook open om iemand zelf te scholen. Van Eeuwijk benoemt dat het landelijk tekort aan personeel ook geldt voor de zwemscholen, ‘het is gewoon een eeuwige zoektocht naar genoeg en goed personeel’, zegt hij. 

Minder zwemdiploma’s 

Uit het onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat steeds minder kinderen een zwemdiploma hebben. Volgens het onderzoek kan de financiële thuissituatie hier in mee spelen. 25% van de kinderen in de laagste inkomens groepen heeft geen zwemdiploma. Dit percentage ligt bij de hoogste inkomensgroepen een stuk lager, namelijk maar 2%. 

‘Het is hartstikke gevaarlijk om geen zwemdiploma te hebben’, vertelt Maaike, die zelf twee kinderen op zwemles heeft zitten bij De Blauwe Watervogel. Ze vertelt dat haar kinderen niet altijd zin in hebben in de zwemlessen maar dat ze het belangrijk vind voor hun eigen veiligheid. ‘Er is zo veel water, als ze er in vallen kunnen ze zo verdrinken’, vertelt ze. 

Ook moeder Elizabeth vindt het zorgelijk dat veel kinderen geen zwemdiploma hebben. Ze kent zelf niemand die is verongelukt maar leest wel meerdere keren per jaar berichten in de krant over kinderen die overlijden omdat ze niet kunnen zwemmen. Volgens haar komt dit voort uit ongelijkheid. ‘Omdat het een behoorlijke smak geld kost, krijgt niet iedereen de kans om te leren zwemmen’, aldus Elizabeth. 

Kwaliteit van zwemlessen

Ook Van Eeuwijk vindt het niet goed dat steeds meer kinderen geen zwemdiploma hebben, maar waar hij zich meer zorgen over maakt is dat zwemscholen soms te snel diploma’s uit geven.

Van Eeuwijk maakt zich zorgen dat er naast een grote groep kinderen die geen zwemdiploma hebben ook een grote groep kinderen is die wel een zwemdiploma hebben maar helemaal niet goed kunnen zwemmen. Hij denkt dat dit komt omdat de inspectie van zwemlessen tegenwoordig anders is geregeld dan vroeger. Tegenwoordig mag namelijk iedereen zwemles geven, zelfs als je zelf als instructeur geen zwemdiploma hebt. Om een zwemdiploma uit te mogen geven heeft een zwemschool een licentie nodig bij de nationale raad zwemveiligheid, maar het is niet altijd duidelijk voor ouders of een zwemschool dit wel heeft. Iedereen kan namelijk zomaar een diploma uitprinten. 

Van Eeuwijk benoemt ook dat hij het vreemd vind dat het behalen van een zwemdiploma niet verplicht is. ‘Voor een land dat zich een eerste wereld land noemt, moet het toch gewoon een verplichting zijn om goed te kunnen zwemmen en veilig te kunnen zijn in het water’.

Schoolzwemmen

Om meer veiligheid te creëren wil de Tweede Kamer dat schoolzwemmen weer verplicht wordt. Dit was voorheen al het geval, maar sinds 1985 mogen scholen zelf bepalen of ze dit doen of niet. 

Moeder Elizabeth vindt schoolzwemmen een goed idee, ‘zo ontstaat er meer gelijkheid tussen kinderen die wel en niet leren zwemmen en dus wel of niet daaraan overlijden’. 

Van Eeuwijk vindt het ook een goed idee, maar hij heeft nog niet nagedacht over of hij zelf klassen wil gaan lesgeven. Hij benoemt dat het zwembad in zijn zwemschool misschien te klein is om klassen les te geven. Hij vermoedt dat scholen een groot bad misschien wenselijker vinden. Wel denkt Van Eeuwijk dat als schoolzwemmen verplicht wordt er minder kinderen op de wachtlijst zullen staan en hij weer genoeg personeel heeft om alle kinderen op de wachtlijst les te geven.

Voor vragen/opmerkingen kan je mailen naar: anna.tetenburg@student.hu.nl

Over de auteur

Anna Tetenburg

Anna Tetenburg is een 20 jarige student journalistiek aan de hogeschool van Utrecht. Ze wil zich als journalist focussen op onderwerpen die maatschappelijke veranderingen laten zien. Zoals ontwikkelingen in de politiek en gebeurtenissen die te maken hebben met gelijke rechten. Anna is geïnteresseerd in de politiek, omdat ze vindt dat het ingewikkeld in elkaar steekt. Je kan als gewone burger pas verschil maken als je een beetje begrijpt hoe het systeem werkt. Ze vindt de rol van een journalist hierin essentieel. In haar vrije tijd speelt Anna piano en kijkt ze graag naar een leuke sitcom. Ze heeft een bijbaan als barista bij Starbucks. Ze hoopt over 5 jaar afgestudeerd te zijn en een leuke baan te hebben.