Utrecht Oost- Er staan vergeleken met vrouwen te weinig mannen voor de klas in het basisonderwijs. Dat laten de cijfers ook zien op de pabo, opleiding leraar basisonderwijs. Daarom zijn er wat dingen verandert in deze opleiding om meer mannelijke studenten aan te trekken.
Maar 13 procent van het aantal leraren zijn mannen in het basisonderwijs. De meerderheid van de Tweede Kamer vindt dat er meer meesters voor de klas moeten staan. Er moet meer diversiteit voor de klas komen en dus ook meer mannen.
Ivo de Wilde, docent aan de pabo op de Hogeschool Utrecht, vindt het ook belangrijk dat er meer diversiteit komt. ‘Het zou heel mooi zijn als mannen en vrouwen in balans zouden zijn, maar ook een balans tussen achtergronden of een vertegenwoordiger uit de LHBTQ gemeenschap. Kinderen kunnen zich namelijk spiegelen aan de leerkracht. Docenten zijn vaak outgoing/extraverte types. Ik denk dat het soms ook belangrijk voor stille of verlegen kinderen om een wat minder uitbundige juf of meester als voorbeeld te zien. Rolmodellen kun je dus op allerlei verschillende manieren opvatten.’
Uit cijfers van de pabo blijkt dat er ongeveer 17 procent van de pabo-studenten man zijn. Dat komt ook door het aanzien en het salaris van het beroep. Dat maakt het voor veel mannen minder aantrekkelijk. Om dit percentage van de mannen omhoog te krijgen, zijn er een aantal dingen verandert binnen de pabo. Er wordt niet meer stage gelopen in de kleuterklassen. Toen dit nog wel werd gedaan, merkte de opleiding dat veel studenten afhaakten als zij voor de kleuterklassen moesten staan, met name de mannelijke studenten.
‘Het beeld dat de toekomstige studenten die in het basisonderwijs gaan werken hebben is dat zij les gaan geven over onderwerpen zoals geschiedenis, lezen of rekenen. Bij de kleuters denken ze: Dit is toch helemaal geen onderwijs? Ze zijn alleen maar aan het spelen. Door eerst ervaring op te doen en rond te lopen op de basisschool krijgen de studenten zicht op de lijn van kleuters tot en met groep acht. Dat helpt de studenten te zien dat de kleuters daadwerkelijk wel iets leren.’
Een aantal jaar geleden is er op de Hogeschool Utrecht een sportklas aan de pabo toegevoegd. Hierdoor wordt de pabo ook voor jongens een stuk aantrekkelijker. Je kunt hierdoor twee diploma’s in één keer halen. Vroeger mocht je met een pabo diploma in elke klas gymles geven. Tegenwoordig moet hier een apart diploma voor gehaald worden om ook bewegingsonderwijs te geven vanaf groep 3. Doordat de kans nu wordt gegeven om dit in één keer te doen, trekt dit jongens aan. En doordat er steeds meer jongens rondlopen, komen er steeds meer jongens op de opleiding af.
‘Zelf heb ik ook de lerarenopleiding gedaan op de Hogeschool Utrecht. De opleiding leek mij gewoon leuk. Ik had niet de ambitie om docent te worden of het onderwijs in te gaan. Ik ging eerst gewoon de opleiding doen en daarna zag ik het wel. Wat ik toen als beeld had, waren mijn eigen docenten. Het leek me ook leuk om dan ook in het hbo les te geven. En ondertussen doe ik dit alweer 20 jaar’, vertelt Ivo de Wilde.
