Factcheck: Synthetische brandstoffen zijn geen realistisch alternatief om het wagenpark te verduurzamen

Factcheck: Synthetische brandstoffen zijn geen realistisch alternatief om het wagenpark te verduurzamen

In het verkiezingsprogramma van JA21 staat dat de politieke partij autorijden graag wil verduurzamen door het huidige wagenpark in Europa te laten rijden op zogeheten e-fuels. Het gebruik van deze synthetische brandstoffen zou een positief effect op het milieu moeten hebben, maar er bestaan twijfels over hoe schoon de uitstoot van e-fuels eigenlijk is. Daarnaast is het niet mogelijk om de productie van de synthetische brandstoffen voldoende op te schalen en vormen de hoge kosten ook een uitdaging, waardoor het geen realistisch alternatief is voor het verduurzamen van het Europese wagenpark.

Synthetische brandstoffen, oftewel e-fuels, worden gemaakt uit een combinatie van waterstof en CO2 die opgevangen wordt uit de lucht. Bij de verbranding in de motor van een auto komt dan wel CO2 vrij, maar deze CO2 was er eerder al. De huidige auto’s die normaliter gebruik maken van fossiele brandstoffen zijn nu al geschikt voor rijden op e-fuels, maar om uiteenlopende redenen is het op dit moment nog niet mogelijk om synthetische brandstoffen te tanken.

Scepsis over e-fuels

Afgelopen jaren was er in Europees verband al veel discussie over een mogelijk verbod op de verkoop van auto’s op fossiele brandstoffen en de overstap naar elektrisch rijden, maar dit jaar is besloten dat er in de Europese Unie vanaf 2035 daadwerkelijk geen nieuwe benzine- en dieselauto’s meer verkocht mogen worden. Waarschijnlijk wordt er wel een uitzondering gemaakt voor auto’s die rijden op e-fuels, maar dan moeten deze synthetische brandstoffen wel volledig CO2-neutraal zijn. En daar lijkt meteen het eerste probleem op te duiken, want uit onderzoek van milieuorganisatie Transport & Environment blijkt dat een auto op e-fuels net zo veel vervuilende stoffen uitstoot als een auto op fossiele brandstoffen. Ook kost de productie van synthetische brandstoffen op dit moment veel energie, waardoor een deel van de milieuwinst weer wordt ingeleverd. Verder hebben sommige Nederlandse wetenschappers en experts hun bedenkingen bij de mogelijkheden om synthetische brandstoffen op grote schaal toe te passen.

“Te weinig, te duur, te laat”

Ronald de Zoete is al jaren gespecialiseerd in de olie- en gasmarkt, en is als energiedeskundige regelmatig te horen bij BNR Nieuwsradio en op NPO Radio 1. Daarnaast richt hij zich tegenwoordig steeds meer op de energietransitie, waardoor hij ook kennis heeft van bijvoorbeeld e-fuels. De Zoete bevestigt dat er grote uitdagingen zijn bij het implementeren van synthetische brandstoffen: “Er moet nog heel veel onderzocht worden voordat e-fuels in grote volumes gemaakt kunnen worden, dus daar zit het eerste probleem al. En het tweede probleem is gewoon de kostprijs van een e-fuel.” Op de vraag of e-fuels een waardig alternatief kunnen worden voor de elektrische auto is hij duidelijk: “Nee, daar geloof ik niks van. Over twintig jaar misschien, maar dat komt allemaal veel te laat. We hebben het nu even over verkiezingen, en wat er voor de komende vier jaar wordt beloofd. Maar ik denk dat dit al tien tot vijftien jaar geroepen wordt, dat die e-fuels het gaan worden.” Volgens de energiedeskundige kan in 2035 slechts twee procent van het wagenpark voorzien van worden van synthetische brandstoffen: “Het is te weinig, te duur en te laat. Het is een leuk verhaal, maar het gaat niet gebeuren.”

Conclusie

In het verkiezingsprogramma van JA21 wordt geclaimd dat het gebruik van zogeheten e-fuels in plaats van fossiele brandstoffen een milieuvriendelijk en duurzaam alternatief is om het bestaande Europese wagenpark te vergroenen, maar uit onderzoek blijkt dat het nog maar de vraag is hoe milieuvriendelijk synthetische brandstoffen eigenlijk zijn. Daarnaast zetten verschillende experts hun vraagtekens bij de haalbaarheid om het gebruik van e-fuels op grote schaal uit te rollen. Met deze kennis kan geconcludeerd worden dat de plannen van JA21 niet uitvoerbaar zijn, en dat de claim uit hun verkiezingsprogramma dus niet klopt.

Over de auteur

Joost Berendsen

Joost Berendsen (23) is student aan de School voor Journalistiek in Utrecht. Als beginnend journalist doet hij verslag voor Spotlight over uiteenlopende onderwerpen.