Boekmanstichting presenteert rapport over positie vrouwelijke beeldende kunstenaars

Boekmanstichting presenteert rapport over positie vrouwelijke beeldende kunstenaars

Foto: Lilian Fransen

Vrouwelijke beeldend kunstenaars hebben nog lang niet dezelfde kansen als hun mannelijke collega’s, blijkt uit nieuw onderzoek van de Boekmanstichting in opdracht van het Niemeijer Fonds. De resultaten zijn vanmiddag overhandigd aan staatssecretaris Fleur Gräper van Cultuur en Media in het Mauritshuis in Den Haag.

Met deze nieuwe cijfers laat de stichting een gedetailleerd beeld zien van hoe het er voor staat met de positie van vrouwelijke beeldende kunstenaars. “De cijfers laten zien dat de trend voorzichtig bemoedigend is, maar dat er nog een lange weg te gaan is naar volledige gelijkheid”, vertelt Andrea Davina, directeur Niemeijer Fonds. “Met dit onderzoek willen we het debat over gelijkheid in de sector verder helpen. Ik nodig iedereen uit om op basis van de uitkomsten en aanbevelingen met elkaar in gesprek te gaan.”

Tussen 2002 en 2022 studeerden per jaar zo’n 400 kunstenaars af aan autonome beeldende kunstopleidingen. Daarvan is 64% vrouw. Echter was van het totaal aantal kunstenaars dat tussen 2017 en 2022 werkzaam was maar 54% vrouw. Dit betekent dat vrouwelijke beeldend kunstenaars uiteindelijk vaker voor een andere carrière kiezen dan hun mannelijke collega’s.

Kunstopleidingen in heel Nederland zetten zich in om de ongelijkheid tussen mannelijke en vrouwelijke beeldende kunstenaars te verminderen. Zo ook Sharon Gesthuizen, directrice van kunsthogeschool Art & Design ArtEZ in Arnhem. Ook Anouk, studente aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, vertelt over haar ervaringen hiermee.

Over de auteur