De Nederlandse natuur is een belangrijk onderwerp van gesprek. Politicus Gideon van Meijeren van de FVD claimt dat het erg goed gaat met de Nederlandse natuur. Hoewel hij cijfers opnoemde van het rapport dat is opgesteld door Henri Prins van Stichting Samenleving, Landbouw en Natuur, blijkt dit rapport onbetrouwbaar en onwaar te zijn.

Bewering: Het gaat goed met de Nederlandse natuur, volgens de analyse publicatie van de ontwikkeling van planten- en diersoorten in Nederland.

Oordeel: Onwaar

Bron van de bewering

Op 7 september debatteerde de Tweede Kamer bij een commissiedebat over stikstof, NPLG en de natuur. Kamerlid Gideon van Meijeren (FVD) is vel tegen dat de stikstofmaatregelen strenger worden. Deze maatregelen zijn onder meer bedoeld om de natuur in Nederland te beschermen en te herstellen. Volgens Van Meijereen gaat het heel erg goed met de Nederlandse natuur. Tijdens het commissiedebat zei hij:

“Afgelopen mei (2023) is er nog een publicatie verschenen met een analyse van de ontwikkeling van de planten- en diersoorten die in onze Natura 2000-gebieden voorkomen. Dat is allemaal gebaseerd op de meest toonaangevende metingen, die ook als zodanig zijn erkend en die zijn opgenomen in de Nationale Databank Flora en Fauna. Van de 521 soorten die samen een representatief beeld geeft van de totale ecologische toestand in de natura 200 gebieden, 81% stabiel is gebleven of is toegenomen. 12 % populatie afgenomen in die periode, 0 soorten zijn verdwenen.”

Zijn bewering over de 521 soorten over het rapport klopt, volgens het rapport waar Van Meijeren het over heeft: Natuur anno 2023: vallen of opstaan?. Echter,  betekent dit niet dat het waar is. Sterker nog, van alle landen in Europa, gaat het in Nederland het slechtste met de biodiversiteit. Van Meijeren verwijst naar het onderzoeksrapport ‘Natuur anno 2023: vallen of opstaan?’. Dit rapport vergelijkt de toestand van de natuur tussen 2000 en 2022. In dit artikel staat dat het vanaf 1970 al achteruit ging met de natuur en diersoorten. In het nieuwste Living Planet Report Nederland van het Wereld Natuur Fonds (WWF), Ondanks dat natuurherstel in een aantal gebieden zijn vruchten afwerpt, is de natuur in zijn geheel er slecht aan toe.

Onbetrouwbaar

Volgens Henk Siepel, hoogleraar dierocologie aan de Radboud Universiteit, is het rapport onbetrouwbaar. ‘Dit rapport is een steekproef die niet representatief is.’  Siepel onderzoekt de mogelijkheden voor natuurherstel in heidevelden en bossen in Nederland. ‘De begindatum voor dat rapport vanaf het jaar 2000 is, vanaf 1950 heeft Nederland te maken met een behoorlijke achteruitgang van de natuur. Dat is absoluut geen wetenschappelijke studie.’

Conclusie
De conclusie is dat de bewering van politicus Gideon van Meijeren van de FVD, dat het goed gaat met de Nederlandse natuur op basis van het rapport “Natuur anno 2023: vallen of opstaan?”, onwaar is. Hoewel Van Meijeren cijfers aanhaalde uit dit rapport, is het rapport zelf onbetrouwbaar en ongeschikt om te gebruiken als basis voor de bewering dat het goed gaat met de Nederlandse natuur. Het rapport, dat de toestand van de natuur tussen 2000 en 2022 vergelijkt, geeft geen volledig beeld van de langere termijn trend. Zoals vermeld, wijst de hoogleraar dierkunde Henk Siepel erop dat de natuur in Nederland al sinds de jaren 1970 achteruitgaat en dat het rapport alleen gegevens vanaf 2000 gebruikt, wat een beperkte blik biedt op de ecologische situatie in Nederland. Dus, ondanks de cijfers die Van Meijeren aanhaalde, toont de bredere wetenschappelijke consensus aan dat het in Nederland slecht gesteld is met de biodiversiteit en dat er al decennialang sprake is van een achteruitgang in de natuur. Daarom kan zijn bewering als onwaar worden beschouwd.