FACTCHECK: Je kunt niet stellen dat dierlijk mest veel beter voor de bodem is dan industriële fossiele kunstmest

FACTCHECK: Je kunt niet stellen dat dierlijk mest veel beter voor de bodem is dan industriële fossiele kunstmest

Beeld: Pexels - Tom Fisk

Volgens Henk Bleker, oud- staatsecretaris en voormalig voorzitter van de Nederlandse Melkveehouder vakbond (NMV), blijkt uit allerlei onderzoeken dat dierlijke mest veel beter voor de bodem is en minder uitspoelingsgevoelig dan industriële fossiele kunstmest. Na een uitgebreide factcheck blijkt dat deze uitspraak veel te kort door de bocht is.

Op 13 maart plaatst De Telegraaf een artikel over “Noodkreet boeren: ‘400.000 melkkoeien naar slacht door Brusselse mestmaatregelen.’” In dit artikel claimt Henk Bleker oud- staatsecretaris en voormalig voorzitter van de Nederlandse Melkveehouder vakbond (NMV), dat uit allerlei onderzoek blijkt dat dierlijke mest veel beter is voor de bodem dan industriële fossiele kunstmest. Deze uitspraak is echter te kort door de bocht. Bij het gebruik van de juiste vorm van mest kijk je naar verschillende factoren, zoals het soort bodem. Over welke onderzoeken Bleker heeft, is ook niet duidelijk.

Bleker is oud- staatsecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en voormalig CDA-politicus. Ook was Bleker voorzitter van de Nederlandse Melkveehouder vakbond (NMV) tot februari 2024. Bleker wordt dus gezien als een betrouwbare bron die veel kennis heeft op gebied van landbouw en mest. Het is dan ook bijzonder dat Bleker zo’n uitspraak doet waarbij hij verwijst naar onderzoeken, vervolgens benoemt hij niet over welke onderzoeken hij het heeft en waar je die onderzoeken vinden kan. De redactie heeft Bleker proberen te spreken, dit is echter niet gelukt. Hierdoor weten we niet waar Bleker deze uitspraak op heeft gebaseerd.

Dierlijke – en Industriële fossiele kunstmest
Onder dierlijke mest valt alle mest van dieren die op of in de grond wordt gebruikt. Denk hierbij aan uitwerpselen van dieren, de geheel of gedeeltelijke verteerde maag- of darminhoud van dieren, mengsels van strooisel met de uitwerpselen van dieren, een product(mengsel) dat voor een deel uit dierlijke mest bestaat. Kunstmest bevat daarentegen verschillende voedingsstoffen, zoals stikstof, fosfaat en kalium, die nodig zijn voor de groei van gewassen. Deze meststoffen bestaan vooral uit zouten waar de grond op reageert.

“Vele gewassen groeien het beste met beide mesten.”

“Het is afhankelijk waar je naar kijkt en hoe je het gebruikt of dierlijke mest beter voor de bodem is dan kunstmest.” Zegt Janjo de Haan onderzoeker bemesting bij Wageningen University & Research. Kunst- en natuurlijke mest hebben volgens Janjo verschillende functies. “Kunstmest gebruik je vooral om je gewasgoed te laten groeien en organische mest voed de bodem meer. Het is dan ook geen of-of situatie maar een en-en, want vele gewassen groeien immers het beste met beide mesten.”

Bodem
“Bij verschillende bodemen heb je ook andere soorten mesten nodig. Soms is organische mest beter voor de bodem en soms is chemische mesten beter. Dat ligt eraan of de bodem droog, nat, warm of koud is” verteld Janjo. Dierlijk mest is in veel gevallen gemakkelijker op te nemen door de bodem dan kunstmatig chemisch mest. Voor chemisch mest heb je namelijk regen nodig. Toch kan je chemische mesten specifieker maken, de beste variant voor verschillende gewassen.

Conclusie

De claim “Uit allerlei onderzoek blijkt dat dierlijke mest veel beter is voor de bodem dan industriële fossiele kunstmest”, die door oud- staatsecretaris en voormalig voorzitter van de Nederlandse Melkveehouder vakbond (NMV) Henk Bleker is gedaan, is te kort door de bocht. Verschillende gewassen gedijen en groeien het beste bij verschillende soorten mest. Ook ligt het aan de staat van de grond of je het beste kan kiezen voor dierlijk mest of kunstmest. In het artikel verwijst Bleker naar onderzoeken, welke onderzoeken dit dan precies zijn daar doet hij geen uitspraak over. Deze claim is dus te kort door de bocht.

 

Over de auteur

Loekie Pruijn

Ik ben Loekie Pruijn (2003) en ik ben 1e jaars student journalistiek aan de hogeschool van Utrecht. Ik kom oorspronkelijk uit Bussum, maar woon nu in Utrecht. Ik ben heel enthousiast, open en nooit bang om iets te vragen hierdoor past de opleiding Journalistiek erg goed bij mij, naast dat ik een grote passie voor schrijven heb natuurlijk. Ik wil eerst alle aspecten van journalistiek ontdekken voor dat ik kan bepalen welke richting ik later op wil gaan.