Utrecht Centrum

Selecteer Pagina

Zo duister waren de Middeleeuwen niet

Zo duister waren de Middeleeuwen niet

De lezing in Museum Catharijneconvent. Foto: Yanaika Wesseling

Utrecht Centrum – Mariken Teeuwen is bijzonder hoogleraar van Schriftcultuur in de Middeleeuwen. Ze gaf in het Museum Catharijneconvent een lezing over wetenschap in de Middeleeuwen. Bij de Middeleeuwen denken mensen vaak aan duistere tijden, terwijl er ook veel kennis en verlichting was. Ook vertelt ze hoe religie en wetenschap elkaars vriend en vijand was.

Waarom denkt u dat er zo’n verkeerd beeld is van de Middeleeuwen?

Dit beeld begint in de late middeleeuwen, als intellectuelen zich afzetten tegen de duisternis. Ze identificeren zichzelf als verlichte mensen van de duisternis. Zo schetste de intellectuelen een bepaald beeld die is blijven hangen. Zo is de term duistere middeleeuwen een algemene term geworden voor onderontwikkeling en achterlijkheid, maar dat heeft niet veel met de middeleeuwen te maken.

In de Middeleeuwen hield religie de wetenschap soms tegen, op wat voor manier gebeurde dat?

Religie hield de wetenschap tegen door hun eigen geloof te beschermen. De kerk deed er dus alles aan om hun grenzen te bewaken. Het bekendste voorbeeld hiervan was in de 16e eeuw, toen de astronoom Copernicus zei dat de zon in het middelpunt staat van het heelal, niet de aarde. Dit ging in tegen de leer van de kerk. De leer zei dat de mens het centrum was van de schepping van god, dus staat de aarde in het middelpunt. Het boek met deze theorie werd verboden door de kerk. Ook in de Middeleeuwen waren er boeken en opvattingen waarvan de kerk zei: dit is niet onze waarheid, dit mag niet gehoord worden. Als mensen dit soort opvattingen uitspraken waren ze ketters. Als je werd erkent als ketter, werd je uit de kerk gezet en werd je vaak opgesloten. De kerk wilde hun eigen waarheid beschermen, ten koste van anderen en de wetenschap.

Tegelijkertijd bevorderde religie de wetenschap ook, op wat voor manier gebeurde dat?

De kerk wilde zo dicht mogelijk bij de kennis van god komen. Van de kerk mocht je, in theorie, alles doen en gebruiken om maar tot die kennis te komen. Het streven van de kennis naar god stimuleerde op die manier de wetenschap. Om god te leren kennen moet je bijvoorbeeld de natuur en de sterrenhemel bestuderen. Op die manier werd ook ontdekt dat de zon in het middelpunt staat.

Tegenwoordig zie je in het leerplan van universiteiten elementen terug van middeleeuwen. Wat voor elementen zijn dat?

Wat je vooral terugziet zijn de basisvaardigheden van wetenschappelijk nadenken. Die rusten heel erg op logica. Als je een argument geeft, moet je die op een goede manier opbouwen. Dit komt uit de middeleeuwse manier van wetenschap en filosofie bedrijven. Dat zie je nu nog steeds terug. Ook zitten er in elementen in hoe een universiteit als institutie is. De manier hoe studenten en leraren met elkaar om gaan, hoe de examens zijn inricht, dit kun je allemaal terugleiden tot de eerste universiteiten. Bijvoorbeeld een discussie houden is nog steeds een manier om te toetsen of je de leerstof begrijpt. Deze methode van toetsen komt uit de Middeleeuwen.

Over de auteur

Yanaika Wesseling

Mijn naam is Yanaika Wesseling en ik ben eerstejaars student journalistiek aan de Hogeschool Utrecht. Ik heb interesse in maatschappelijke problemen, zoals misdaad en klimaat. Mijn taak als toekomstig journalist is om deze bespreekbaar te maken en achter de waarheid te komen. Ik wil mijn publiek informeren over wat er gebeurd in de samenleving en de oplossingen die er zijn. Ik vind het vooral belangrijk om de diepte in te gaan over onderwerpen. Ik wil diepgaande stukken schrijven en documentaires maken. Ik schrijf nu voor SVJ Zeist en doe hier veel ervaring op.