UTRECHT-OOST- Ingrid van Lubek, fysiotherapeut, geeft valpreventieles aan ouderen in buurthuis Sterrenzicht. Van Lubek heeft een cursus gevolgd om deze valpreventieles te kunnen geven. Ze werkt vaker met oudere mensen, Van Lubek heeft namelijk ook zwemles aan ouderen gegeven. Naast fysio is ze zelf, op 52-jarige leeftijd, ook enorm actief en heeft ze allerlei verschillende sporten gedaan. Ook nu is ze nog druk bezig met sporten.
‘Ik werd vanuit mijn fysiopraktijk gevraagd door mijn baas om deze valpreventieles te geven aan ouderen. Hiervoor moest ik eerst zelf een cursus volgen. Er zijn nu drie mensen vanuit de fysiopraktijk waar ik werk die de cursus gedaan hebben. Je krijgt van tevoren je materialen en er worden ook opdrachten gegeven. Je moet als het ware een soort huiswerk maken. Op de cursus wordt er een hele hoop informatie gedeeld met je. Ook moet je al delen van de presentatie geven die je ook aan de ouderen gaat geven. Het is een soort combinatie van theorie en praktijk, je moet dus voor elk deel een voldoende scoren. Er zat ook nog een soort kennistoets bij en dan krijg je dus het predicaat dat je de cursus mag geven.
Ik ben in Brabant geboren en toen ik een jaar of zes was zijn we verhuisd naar Texel, waar mijn ouders ook nog steeds wonen. Ik heb van jongs af aan van mijn ouders al meegekregen dat bewegen goed voor je is. Mijn ouders vonden het zelf ook altijd al belangrijk om te bewegen. Gelukkig zijn ze nog vrij sportief, ze hebben een grote groentetuin. Ze zijn dus ook van huis uit gewend om actief te blijven. Mijn schoonouders zijn alleen wat minder fit. Ik heb als fysio wel geprobeerd ze wat meer te laten bewegen. “Al ga je een rondje om de straat heen, is dit eigenlijk al genoeg om een beetje fit te blijven.” Ik heb gelukkig nog nooit gehad dat mijn ouders of schoonouders een vervelende val hebben meegemaakt. Ik zie wel in praktijk dat bijvoorbeeld de man of de vrouw van een oud stel valt en dan wordt de ander ineens mantelzorger, dat is heel heftig. Daarom is deze cursus zo belangrijk, om de kans dat dit gebeurt zo klein mogelijk te maken. Ik denk echt dat dit voor iedereen boven de, laten we zeggen 65, handig is.
Op Texel waar ik opgegroeid ben, is het helemaal niet gek als je op twee of soms wel drie sporten zat. Ik heb altijd atletiek gedaan en ik heb gezwommen. Ook had je een eilandcompetitie basketbal, daar heb ik ook aan meegedaan, net zoals volleybaltoernooitjes en hardloopwedstrijdjes. Ik was altijd wel ergens mee bezig. Je zou kunnen zeggen dat ik verslaafd ben aan bewegen. Voordat ik aan mijn opleiding fysiotherapie begon, heb ik eest een sportopleiding in Groningen afgerond.
Ik heb mijn eigen topsportcarrière tot de Olympische Spelen gebracht. Ik heb in Sydney meegedaan met de triatlon in het jaar 2000. Ik heb tot ongeveer 2008 echt wedstrijdsport gedaan, toen kreeg ik twee kinderen en was het een beetje klaar met sporten op zo’n hoog niveau. Ik moet natuurlijk ook gewoon mijn gezin onderhouden. Nu ben ik nog bezig met off road triatlon, ik ben hiermee ook wereldkampioen geworden afgelopen jaar. Wel bij de 50-plussers hoor, haha.
Ik heb ook wel gebreken, zo’n leven met veel sporten laat ook wel sporen achter. Ik denk dat ik in mijn sportleven wel van alles opgelopen heb. Denk hierbij aan valpartijen met wielrennen bijvoorbeeld. Ik heb alleen nooit heel lang met dezelfde blessure gelopen, ik denk dat dit komt omdat ik een fysiotherapeut ben. Mijn scheenbeenontsteking bijvoorbeeld was weer voorbij en is gelukkig nooit meer teruggekomen. Ik paste aan wat er aangepast kon worden. Dit kon dan bijvoorbeeld een loopstijl zijn, een houding, of precies dié krachtoefening nooit meer doen. Ik heb dus wel van alles gehad, maar wel kortdurend tot nu toe. Even afkloppen hoor. Maar ik denk dat ik door het geven van de valpreventieles aan ouderen ook zeker wat leer. Ik heb natuurlijk nog niet die leeftijd bereikt van de mensen waar ik les aan geef, maar voor later heb ik hier zeker wat aan.
Mijn kinderen van twaalf en veertien zijn ook erg sportief, ze vinden het leuk om mee te gaan klimmen met mijn man en mij. Ook houden we veel van kamperen en zijn we gek op wintersport. Ze zijn natuurlijk ook opgegroeid met actieve ouders, dus ik denk dat ze daarom ook zo actief zijn. De een zit op atletiek en klimmen en de ander doet judo en freerunning. We hebben overgebracht dat bewegen leuk is, maar ja, de puberteit komt er natuurlijk nog aan. Ik hoop vooral dat ze blijven bewegen, ook voor later. Ze zullen dan een stuk langer fit zijn en ook minder kans hebben op een vervelende val als ze oud zijn.’
Bekijk hier de reportage van Sanne van Duijn:
