Utrecht West

Selecteer Pagina

Is er nog toekomst voor (kleinere) musea? Volgens Museum van Zuilen wel!

Is er nog toekomst voor (kleinere) musea? Volgens Museum van Zuilen wel!

Foto: Mery van der Vlist Museum van Zuilen in de Schepenbuurt

Schepenbuurt – Afgelopen jaar heeft bijna de helft van alle musea, zeker 49%, in Nederland verlies gedraaid. De oorzaak hiervan is vaak corona, omdat musea toen niet open konden of er mochten maar een beperkt aantal bezoekers naar binnen. Daarnaast is het door de inflatie ook niet makkelijker geworden. Door deze redenen samen is het moeilijk, zeker voor de kleinere musea, om hun deuren open te houden. Museum van Zuilen en een bezoeker vertellen over hun ervaringen. ‘Ook kleine musea vertellen een verhaal en dat is belangrijk geweest voor de geschiedenis ervan’.

Geen geldnood

Tijdens binnenkomst bij het Museum van Zuilen is er een gezellig geroesemoes van mensen die net beginnen aan hun lunch. Om bij het museum te komen moet je eerst een trap op en daar zit het museum in de rechtervleugel. De directeur en tevens oprichter W. van Scharenburg komt me al tegemoet lopen en verwelkomt me. Hij vertelt dat dit museum alweer 22 jaar bestaat. Tot nu toe hoeft hij geen entree te heffen voor bezoekers. Dit omdat hij het tot nu toe kan redden met de subsidie van de gemeente. Als Van Scharenburg het niet meer zal redden met de subsidie of deze verdwijnt waardoor er entree gevraagd moet worden dan moet dat maar, zegt hij. ‘Misschien komen er dan minder bezoekers, maar anders gaat het museum dicht’.

De verandering van musea

Hij weet dat andere musea geen of minder subsidie krijgen. Ze doen er dan alles aan om alsnog open te kunnen blijven. Sommige moeten activiteiten eromheen gaan organiseren. Van Scharenburg vertelt: ‘Sommige musea worden bijvoorbeeld een soort attractiepark,   maar dan val je niet meer onder de categorie museum vind ik’.

 ‘Ik wil graag de jongeren juist ook vertellen dat een hoop dingen waar we nu gebruik van maken vroeger ontworpen zijn en dat is terug te vinden in musea’

 

Jongere generatie stimuleren om musea te bezoeken

Van Scharenburg is vaak bezig met het enthousiasmeren van de jongeren en moet regelmatig praten voor een jonge groep mensen: ‘Ik dacht hoe maak ik in korte tijd de mensen bewust van het belang van het museum?’. Hij vraagt nu altijd aan de mensen om te gaan staan. Als je dan een match of overeenkomst hebt mag je weer gaan zitten. Ben je weleens op vakantie geweest naar Tenerife? Ons museum heeft daar de zoetwaterinstallatie gemaakt. Heb je weleens over de Zeelandbrug gereden? Het bewegende gedeelte is gemaakt door ons museum. En zo nog veel meer voorbeelden. Al die geschiedenis is te vinden in musea en we maken er dus ook nog steeds gebruik van. Van kleine musea en grote musea, iedereen heeft er belang bij. Ook zijn ze nu bezig met een escapegame, waarin allemaal puzzels binnen het museum moeten worden opgelost. De oplossingen zijn te vinden op allerlei plekken binnen het museum en dit moet je binnen een bepaalde tijd opgelost hebben.  ‘Ik wil graag de jongeren juist ook vertellen dat een hoop dingen waar we nu gebruik van maken vroeger ontworpen zijn en dat is terug te vinden in musea’, vertelt hij.

Inflatie

Hester Wandel is een echte museumliefhebber en heeft tijdens corona echt het bezoek daaraan gemist. ‘Ik hou er ontzettend veel van, ik leer er nieuwe dingen. Het verrijkt me en je ziet waar dingen vandaan komen’, vertelt ze. Wel vertelt ze dat de komst van de inflatie ervoor zorgt dat mensen nu meer letten op hun geld. ‘Je kan het ook maar één keer uitgeven, boodschappen worden ook duurder dan is er minder geld voor uitstapjes’. Het hoeft dus niet minder interessant te zijn, maar een museum moet wel harder werken om mensen te laten zien hoe interessant het is.

Overheid doet te weinig

Hester vindt dat ook kleinere musea ertoe doen: ‘Ook kleine musea vertellen een verhaal en dat is belangrijk geweest voor de geschiedenis ervan’. Ze vindt dat er ook veel geld gaat naar de voetbal en daar heeft nooit iemand het over. ‘Zeker met de politie daarbij de laatste tijd, maar de musea draaien nu verlies en dat vind ik oneerlijk.’

Otto Maes gaat in gesprek met de museumoprichter over het ontstaan en blijven bestaan van het museum.

Tekst: Mery van der Vlist

Audio: Otto Maes

Over de auteur

Mery van der Vlist

Hoi allemaal! Ik ben Mery van der Vlist (2002) en dit jaar begonnen aan de opleiding Journalistiek op de HU. Deze studie wil ik al heel lang doen, maar ik kwam van het MBO dus eerst heb ik daar 2 opleidingen van afgerond. Aan doorzettingsvermogen ontbreekt het dus niet, verder ben ik ook erg enthousiast, positief, en mega nieuwsgierig wat bij journalistiek ook goed van pas komt natuurlijk. Mijn eerste levensteug was in het dorpje Polsbroek en daar woon ik nog steeds. Wel lijkt het mij erg leuk om komend jaar een kamer in Utrecht te vinden! Wat ik wil doen binnen de journalistiek is nog een groot vraagteken, maar daar kom ik vanzelf achter gedurende de studie denk ik zo! :)